Dichters van morgen. Een bloemlezing uit de poëzie van jonge dichters(1958)–Ad den Besten– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 134] [p. 134] J.J. Veenhuysen Metamorphose ik was de stervende middag die op de huizen stond een gevleugelde man uit Lesbos met een vest van rozen danste voorbij en hij lachte op zijn blauwe trompet een ruiker voor het bruidspaar toen vielen er wat vogels en verkreukelde bloemen uit de grote hand van warmte en op de rivier van de wind dreef een rozerood hart maar ik was teveel kind te veel middag te veel wandelaar en de verliefde hand van mijn oog was te groot daarom reis ik niet meer zo haastig zo sierlijk in mijn kleine boot van de maan ik word een statig ceramiek een stenen kleur en met mijn adem valt het laatste woord Vorige Volgende