De nachtegaal en het lijstertje(1854)–S.J. van den Bergh, J.J.L. ten Kate, Jacob van Lennep– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 58] [p. 58] Soldaatje-spelen. Trommel vrij, mijn kleine jongen! Daar uw broertje commandeert, En permantig exerceert, Zusje 't vaantje presenteert, Neefjen aanstapt, ongedwongen Als een krijgsman, vrij en vlug, Met den snaphaan op den rug. 't Spelen toch - het voegt na 't leeren, En het flink soldaatjespel Staat een Hollandsch knaapje wel; Maar pas altijd op uw tel Bij het wakker exerceren: Want, gij kwetst u t' eenger tijd, Als ge niet omzigtig zijt! [pagina t.o. 58] [p. t.o. 58] SOLDAATJE-SPELEN. [pagina 59] [p. 59] Sabels, degens, o ze wonden Dikwijls eer gij-zelf het weet; Zorg - gij hoedt u voor veel leed - Dat gij niet de les vergeet, U door moeder nagezonden, Toen zij, midden door 't gedruisch, Ze u nog toeriep uit het huis. Maar vooral weest met elkander Bij 't soldaatje-spelen één. Geen verdeeldheid, hoort ge, neen! En geen vlag als die van leen! Jongens, foei! haalt gaauw een ander: Holland gaat toch bovenal, Holland boven Duitschlands mal, Wilt ge, uw erfgrond waardig, groeijen Op uw verdre levensbaan, Laat dan, van uw jonkheid aan, 't Hartje altijd voor Holland slaan, En geen vreemde zin u boeijen: Hollands kloekheid, Hollands deugd, Zij de zucht van Hollands jeugd! v.d. B. Vorige Volgende