Kansen op een wrak(1957)–Herman van den Bergh– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 17] [p. 17] Als een allegorie... Als een allegorie is een jonge vrouw in de deur van een wijnhuis verschenen het licht van de ruimte heeft haar gegroet en plots herinner ik mij die eeuwige dag toen alle aardse mensen elkaar omarmden voor 't enig idool dat restte uit hun ramp en verbonden door de schoonste taal die ooit geschreven werd zwegen Het was het goede idool van een dichter maar een dichter houdt niet vast wat hij ontdekt eens ingeboekt verliest hij het weldra dat is zijn nieuwheid zijn oneindigheid zijn gevaar Die dag hoorde men onder de bomen de bron weer spreken doch toen het avond werd verstomde de bron in de nacht leefden de mensen hun zweet hun haat hun liefden en hun modderzware dromen de nacht is een verdeelde zonderlinge ziel met haar nooit uitgetelde verschrikkingen die steeds de vreugde toedekken met een zwart gruis Nu spreek ik niet meer uit naam van de aarde liever uit naam van een onbekende ster liever spreek ik een nieuwe taal die niet schoon is met een stem vol eclipsen en vol afstanden een stem doordrenkt van toekomstige zeeën plechtig als een gevecht van planeten of verre galeien een stem die breekt aan de wildernis der rotsen [pagina 18] [p. 18] maar die wellicht 't gezicht hergeeft aan de aardse blinden begraven in het diepste van hun huizen in het diepst van hen zelf Waar is hun idool? de haren van de vrees golven in de schemering de ratten maken kamermuziek in hun kamers en de wind en de regen in de straat van de blinden sleuren papieren mee en harde klaarten van steen Om een nieuwe liefde der wereld smeek ik ik haat mijzelf mijn eigen aardse grijs 't gezicht van mijn gezicht kan ik niet meer zien papavers mogen luid aan de vingers van de zomer uitbarsten ik ben een dove ik hoor alleen onze harten die kloppen 't radiokryptogram van een nieuwe ster Toch nadert soms de silhouet van een jong veulen van een ver kind als verkenner mijn voorhoofd en springt rechtstandig over de balk van mijn zorg of er verschijnt in de deur van een wijnhuis een jonge vrouw als een allegorie dan groet hen 't licht der ruimte en van mijn hoop en onder de bomen gaat de bron weer spreken Vorige Volgende