De boog(1969)–Herman van den Bergh– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 44] [p. 44] Avondgang In de avond klopt het hart der aarde. Wij reizen luide, met gelijke voet; de kleine vogels zwijgen te vroeg en de kleine dieren, moe van 't blaten. Het regent - 't land is veel schaduw en de hemel regent vochtig zaad en het water, een glimmend gevaar, glijdt langzaam aan achter 't water; op de stroom de bijna dode boten, en dan óm ons de ogen licht en tot de einder de weiden wit als witte bruiden, stil en verdronken. De dunne bomen dansend in 't water en erboven de schapen grijs... - o, 't geheim van d'avond is wijd en wijd het schemerend hart der aarde, en wijd onze dromen, dwalend hoger in de nevel, de dunne bomen langs, en wijd de heimlijke wereld van onze zielen, zacht en blinkend in de ogen; - en in de avond klopt het hart der aarde... Vorige Volgende