Het dagboek van de student Nicolaas Beets, 1833-1836

Leiden, zaterdag 4 april 1835

Leiden Zaterdag 4 April.

Diner bij van Assen met den heer Mr. P. Elout⁶⁰¹ ('s Gravenhage) Kneppelhout, en de dames. Die Betsy⁶⁰² is eene bas bleu⁶⁰³ zonder het hatelijke ervan. Zij onderschikt zich aan mannen, die zij acht kunde en geest te hebben. Dames, zegt men, kunnen haar niet lijden. Ik geloof het gaarne. Onder mannen wekt intellectuëele superioriteit jaloerschheid op; onder vrouwen minachting en machtelooze spijt. Een man zal van een man met reputatie zeggen: ‘Als men het op den keper beschouwt, is 't zoo veel niet. Hij heeft een grooten naam, maar 't is meest geschreeuw.’ Een vrouw zegt van een vrouw, die voor meer dan gewoon kundig te boek staat: ‘Och, weetje lieve! 't is een savante.⁶⁰⁴ Ze weet meer van de boeken dan van de wereld.’ De een verkleint den roem, de andere de zaak die roemen doet. Voor ‘geleerde vrouwen’ zijn de vrouwen bang; en vele mannen ook. Ik echter mag wel met zoogenaamde ‘savantes’ in gezelschap zijn en converseeren. Zelfs met eene in den trant van de oudste juffrouw v.d.P.,⁶⁰⁵ die eene impertinente bas bleu is, en zelfs als zij een man was pedant zou worden genoemd; die daarenboven snuift à votre barbe.⁶⁰⁶

Na den eten ben ik zoo goed niet of ik moet mijne vertaling van Parisina van huis

601 B: ‘P. Elout’ [potloodaantekening].

602 Elizabeth Clasina van Assen (1811-1859).

603 bas bleu: blauwkous (scheldnaam voor schrijfster).

604 savante: geleerde vrouw.

605 Elisabeth Henriëtte van der Palm (1794-1836).

606 A votre barbe: vlak voor uw neus.

[p. 152]

halen en voorlezen; 't geen Mr. P. Elout, om wiens wil, van Assen er op aangedrongen heeft, wel bevalt, maar hem de diligence missen doet.