Gedichten. Nog eens winterloof en Dennenaalden(1904)–Nicolaas Beets– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende In God gerust, in God verblijd. In God gerust, in God verblijd, Ten allen tijd', In goede en kwade dagen, Dat is geloof, dat is genot, Dat is uw Heiland en uw God Vereeren en behagen. In God verblijd, in God gerust, Schoon diep bewust Van onvergeetbre zonden; Verloren Zoon, met slijk bemorst, Maar rustende aan eens Vaders borst; Gereinigd en gevonden. In God gerust, in God verblijd, Ook in den tijd Waarin de krachten slinken, Waar 't leêg en stil wordt om ons heen, En wat ons meest onmisbaar scheen Bezwijkt en dreigt te ontzinken. Wat is onmisbaar, wie dan Hij, Die, wat het zij Dat wegvalt, blijft vervullen Het hart, dat door en voor hem leeft, En voorsmaak van de dingen heeft, Die eeuwig duren zullen! 1899. Vorige Volgende