Gedichten. Nog eens winterloof en Dennenaalden(1904)–Nicolaas Beets– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende Poëetsche geest. ‘Poëetsche geest’ Is steeds geweest Het deel van velen, Doet Jan en Piet, Al zijn zij 't niet, Den Dichter spelen. Maar Dichter zijn In meer dan schijn, In 't innig wezen, Naar gloed en gaaf - Een witte raaf Nu, en voordezen! Zijt mij gegroet, Die d' echten gloed In 't binnenst voedt En uit laat breken, Die treft, ontroert, Verheft, vervoert, De banden van het hart ontsnoert, En tranen van genot doet leken! Vorige Volgende