Gedichten. Deel 2
(1905)–Nicolaas Beets– Auteursrecht onbekend
[pagina 101]
| |
Huizingen, zoo ruim als schoon -
Dat is Holland, waar ik woon.
Dan verkwikken zich mijn blikken,
Bij des uchtends heldre lucht,
Aan de stad, die in de verte
Op haar palen staat te prijk,
Handels liefste en beste wijk,
Die zoo edel is als rijk;
Dat 's een stadje naar mijn harte
Dat, het machtig Amsterdam,
Dat van visschershutten kwam.
Van de kruinen onzer duinen
Op het West het oog gevest!
'k Zie de zon op 't water blinken,
'k Zie de breede Zee, wier schoot
Holland machtig maakte en groot,
Vaak van 't bloed van helden rood,
Wier geduchte naam moet klinken,
Klinken met een luid geschal,
Oost en West en Overal!
|
|