Gedichten. Deel 3(1905)–Nicolaas Beets– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende Ach! Ach, hoe zeldzaam is 't uitnemende! Ach, hoe veel het daarnaar zweemende! Ach, hoe moeilijk is 't den luiden Ooit hun wansmaak te beduiden! Ach, hoe dwaas is 't van te toornen Dat niet zien de blindgeboornen, Dat de dooven niet begrijpen Welke snaren, welke pijpen Valsche klanken van zich geven, [pagina 402] [p. 402] Die een juist gehoor doen beven, Dat het volk niet beter weet, Of die blaaskaakt en geraasmaakt, Is een reednaar, is poëet! Ach! Vorige Volgende