Gedichten. Deel 3(1905)–Nicolaas Beets– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende I. Roem. Wat 's aardsche roem? 't Vermolmend hout, Dat in den nacht der wereld lichtte, Maar, bij den dag van 't jongst gerichte, Als morsig vuilnis wordt beschouwd. Vorige Volgende