Gedichten. Deel 4(1905)–Nicolaas Beets– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende Oost, west, thuis best. In hoven en hoeven, in Oost of in West, Moog 't goed zijn te toeven: te huis is het best. Geen plekje zoo heilig, Geen kerk of geen kluis Zoo vreedzaam en veilig Als 't vreedzaam Tehuis. 't Zij prachtig in 't Oosten, 't zij heerlijk in 't Zuid; Natuur sprei er schatten en wonderen uit; Het goud moge er lokken, de wellust, of de eer; Genot moge er veel zijn: Gemis is er meer. Tehuis zijn mijn schatten, mijn eer, en mijn lust; Mijn smaaklijkste maaltijd, mijn rustigste rust. De bloem in mijn venster, het vuur op mijn haard Zijn al uw tooneelen en lustoorden waard. Vorige Volgende