Actie, werkelijkheid en fictie in de kunst van de jaren '60 in Nederland
(1979)–W.A.L. Beeren– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 159]
| |
FluxusOnder de naam Fluxus zijn sinds 1962 een aantal internationale festivals georganiseerd en publikaties uitgegeven. De Fluxusorganisatie staat voor een collectief van kunstenaars, met George Maciunas (1931-1978) als voorzitter. De basis van het collectief is de overtuiging dat het werk realistisch en concreet moet zijn. De door de kunstenaars en musici voorgestelde handelingen hebben geen verwijzende betekenis. Maciunas schrijft in een brief aan Tomas SchmitGa naar eind1: - de Fluxus events en pieces stellen niets voor, staan niet voor iets anders, zijn slechts zichzelf - de beste Fluxus compositie is de ready-made achtige niet persoonlijke - een samenhang tussen teken en betekende is noch reëel ervaarbaar noch beoogd. De werken bestaan vaak uit een opdracht of situatieschets. Bijvoorbeeld Piano piece van G. Brecht, ‘a vase of flowers on (to) a piano’,waarbij een vaas met bloemen op een piano wordt gezet. Piano piece for Nam June Paik van G. Maciunas, waarbij een piano op het toneel wordt gezet.
De volgende festivals en concerten worden georganiseerd: in 1962 in Wiesbaden, Kopenhagen, Parijs en Londen, in 1963 o.a. in Amsterdam en Den Haag, in 1964 in Scheveningen, Rotterdam en New York. Maciunas geeft in 1963 de Fluxus Newsletters uit, waarin aanvankelijk ideologische en theoretische verhandelingen zijn opgenomen. In januari 1964 verschijnt cc VTRE, het officiële Fluxusblad. Tijdens de serie concerten in Wiesbaden in 1962 krijgt de samenwerking definitieve gestalte. Maciunas bindt veel van de aanwezige kunstenaars contractueel aan het blad Fluxus, dat hij wil uitgeven. Een aantal van de aangesloten kunstenaars zijn: Eric Andersen, George Brecht, Dick Higgins, Alison Knowles, Arthur Køpcke, George Maciunas, Yoko Ono, Nam June Paik, Willem de Ridder, Tomas Schmit, Wolf Vostell, Emmett Williams, La Monte Young.
Maciunas leidt in 1960 en 1961 de AG galerie in New York. Maciunas geeft hier een aantal medeleerlingen van hem, uit de compositielessen van Richard Maxfield, de gelegenheid om werk uit te voeren en te presenteren. Maxfield gaf in 1960 een cursus aan de New School for Social Research, een vervolgcursus op die van de componist John Cage het jaar ervoor. In maart, april en mei 1961 organiseert Maciunas in zijn galerie een drietal avonden met een lezing, een uitvoering en een discussie. Het entreegeld dient om de uitgave van een blad getiteld Fluxus mogelijk te maken. De eerste avond worden concrete geluiden uit de middeleeuwse muziek behandeld. De tweede avond komen aan bod experimenten met stemgeluiden en spraak van Moussorgsky, Schönberg en Berg, en experimenten met instrumentaal ‘concretisme’ van Webern, Varèse tot Cage, Berio en Stockhausen. Tot slot is een avond gewijd aan de nieuwste ontwikkelingen van ‘concretisme’ in de electronische muziek op band uit Amerika, Europa en Japan. Zijn blad Fluxus moet een stimulans zijn voor de nieuwste vormen van muziek, met name de concrete muziek. Het blad moet een vervolg worden op het pas in 1963 uitgegeven boek An Anthology, waarvan Maciunas de lay-out verzorgde. Het materiaal voor het boek is in 1961 bijeengebracht door Jackson McLow en La Monte Young. An Anthology bevat composities en verhandelingen: o.a. change operations, concept art, anti-art, indeterminacy, improvisation, meaningless work and natural disasters. Er is werk opgenomen van bijvoorbeeld George Brecht, La Monte Young, Henry Flynt, Dick Higgins. Veel van de opgenomen composities worden in de volgende jaren tijdens de Fluxusfestivals uitgevoerd. Maciunas vertrekt eind 1961 naar Europa. Hij organiseert concerten om een financiële basis te vormen om zijn blad uit geven. Op 9 juni 1962 houdt Maciunas een lezing ‘Neo Dada in de USA’ in galerie Parnass in Wuppertal, bij de opening van de tentoonstelling ‘Après John Cage’. Hierin belicht hij twee kernpunten die volgens hem de nieuwste stromingen bepalen, namelijk het ‘concretisme’ en het kunstnihilisme. Hij zegt o.a.Ga naar eind2: Degenen die Neo Dada genoemd worden, zijn of concretisten of kunstnihilsten. Concretisten willen een eenheid van vorm en inhoud, in tegenstelling tot de illusionisten. In de muziek gebruikt de concretist het geluidsmateriaal met alle bijbehorende veelkleurigheid en geeft het ook zo weer. Zonder eerst naar toonladders te zoeken en een vergeestelijkt, abstract en kunstmatig klankbeeld te maken zonder bijgeluiden. Een geluid is stoffelijk of concreet als het in verbinding staat met het materiaal waarmee het wordt geproduceerd. Een toon door een slag van een hamer op een piano of door een trap tegen een piano is stoffelijk en concreet omdat de hardheid van de hamer en het resoneren in de snaren van de piano waar te nemen zijn. In het concrete theater worden de kunstmatige van tevoren vastgestelde handelingen vervangen door spontane en geïmproviseerde handelingen, waarvoor door de auteur slechts een paar aanwijzingen zijn gegeven. | |
[pagina 160]
| |
De werkelijke bijdrage van de concrete kunstenaar aan een werk is het leveren van een concept of een methode waardoor de uiteindelijke vorm onafhankelijk van de kunstenaar kan ontstaan. Net als in een mathematische opgave ligt de schoonheid van een dergelijke compositie alleen in de methode. De concretisten en kunstnihilisten keren zich o.a. tegen de kunstzinnige vormen op zich, de compositiemethoden, tegen de symbolische functie van de kunst. De anti-kunstvormen zijn in de eerste plaats gericht tegen de professionele kunstbeoefening, tegen de kunstmatige scheiding van uitvoerende en toeschouwer, tegen de scheiding tussen kunst en leven.
Maciunas organiseert vervolgens op 16 juni een concert in Düsseldorf: Neo Dada in der Musik. Een aantal kunstenaars die in de galerie van Maciunas optraden, worden uitgenodigd naar Europa te komen om deel te nemen aan de concerten. Naast de Amerikaanse kunstenaars Benjamin Patterson, Emmett Williams, Jackson McLow, George Brecht en Dick Higgins voeren de Duitser Wolf Vostell en de in Duitsland wonende Nam June Paik events en acties uit. De galeriehouder Jean Pierre Wilhelm houdt er een inleidende lezing. Dezelfde lezing wordt door Wilhelm gehouden bij de opening van de tentoonstelling van Wolf Vostell in galerie Monet (zie 62.10.05). Daarna wordt een programma met een serie concerten in Wiesbaden samengesteld. Gedurende een maand, van 1 tot 23 september 1962, worden tijdens de Fluxus Internationale Festspiele Neuester Musik, 14 concerten gegeven (voornamelijk in de weekends). Uitgevoerd zijn o.a.: De opera van Emmett Williams. In een voorgeschreven ritme wordt op een pan geslagen. Wolf Vostell gooit lampen en een slagroomtaart tegen een glazen ruit, die hem scheidt van het publiek. Dick Higgins voert Danger music nr. 2 uit (hij scheert zich en gooit pamfletten tussen het publiek), en Danger music nr. 17 (doe iets met boter en eieren). Maciunas - In memoriam Adriano Olivetti (zie 63.06.23) Nam June Paik voert composition 1961 nr. 29 van La Monte Young uit. Paik steekt zijn hoofd in een pot met inkt en smeert dit op een lange strook papier. Philip Corner voert Piano Activities uit: met een grote steen en planken wordt een vleugel in elkaar geslagen. Maciunas contracteert hier een aantal kunstenaars voor zijn blad in oprichting, hij krijgt de exclusieve rechten van alle werken, en het Fluxus copyrightGa naar eind3. In de speciale uitgave van het Fluxusblad cc VTRE, met Fluxfest informatie (een opgave van de werken die door Fluxus in 1967 worden uitgegeven) staat: Any of the pieces can be performed anytime, anyplace, and by anyone, without any payment to Fluxus provided the following conditions are met: 1. if Fluxus compositions outnumber numerically or exceed in duration other compositions in any concert, the whole concert must be called and advertised as Fluxusconcert. 2. if Fluxus compositions do not exceed non-flux compositions, each such Fluxus composition must be identified as a Fluxpiece. Such credits to Fluxus may be omitted at a cost of $50 for each piece announced or performed.
Wolf Vostell, die ook in Wiesbaden optrad, nodigt een aantal van de in Wiesbaden aanwezige kunstenaars uit, om op te treden bij de opening van zijn tentoonstelling Décollages in galerie Monet in Amsterdam (zie 62.10.05). Deze openingsavond wordt niet aangekondigd als een Fluxusconcert, ook al worden werken uitgevoerd die in Wiesbaden zijn opgenomen en tevens plaatsvinden in latere Fluxusconcerten. Wolf Vostell is de uitgever van het blad Dé/collage, waarin hij een integratie van happenings en Fluxuswerken wil bereiken. Dit leidt tot moeilijkheden met Maciunas, die geen toestemming geeft om in Dé/collage Fluxus composities af te drukken. Ook in oktober 1962 vindt in London het Festival of Misfits plaats in Gallery One. Hier treden op Robert Filiou, Dick Higgins, Allison Knowles, Arthur Køpcke, Benjamin Patterson, Daniel Spoerri, Ben Vautier, Emmett Williams. Maciunas organiseert twee Fluxusconcertweken in Kopenhagen (23-29 november) en Parijs (3-8 december 1962). In 1963 gaat Maciunas weer naar New York, waar hij organisator is van enkele Fluxus festivals. Er verschijnen enkele Fluxus Newletters, waarin ideologische standpunten worden ingenomen. In een brief aan Tomas SchmitGa naar eind4 schrijft Maciunas (januari 1964), dat Fluxus geen esthetische doelstelling heeft, maar een sociale. Hij geeft aan dat Fluxus geënt is op de LEF-groep in 1929 in Rusland, en zich richt op de geleidelijke eliminering van de beeldende kunst. Maciunas staat meer een functionele toepassing van kunst voor. Fluxus is tegen het kunstobject als functieloos produkt dat alleen voor het levensonderhoud van de kunstenaar bestaat. Fluxus is anti-professioneel. Fluxus is tegen de kunst als middel om de persoon van de kunstenaar te verheerlijken.
De Fluxus organisatie wordt als collectief opgezet, met vertegenwoordigers in verschillende delen van de wereld, die daar de belangen | |
[pagina 161]
| |
Brief van George Maciunas aan De Ridder, 22.08.63, archief Dorothee Meyer 162
| |
[pagina 162]
| |
Eerste bestellijst van de European Mail-orderhouse, Postbus 2045, Amsterdam, 4 blz., door Maciunas van commentaar voorzien, archief Dorothee Meyer
Tweede bestellijst van de European Mail-orderhouse, Postbus 2045, Amsterdam, 6 blz., archief Dorothee Meyer
| |
[pagina 163]
| |
van de organisatie behartigen. Europa heeft twee vertegenwoordigers. Tomas Schmit voor Noord-Europa en Ben Vautier voor Zuid-Europa. Begin 1964 wordt Tomas Schmit na een onenigheid over de Fluxuswerken die hem toegestuurd zijn (hij laat ze afdrukken in het blad Dé/collage van Wolf Vostell, wat tegen de copyright rechten van Fluxus ingaat), ontheven uit zijn functie. In mei 1964 wordt Willem de Ridder gevraagd deze functie op zich te nemenGa naar eind5. De Ridder werkt mee aan de manifestatie van Vostell in galerie Monet (zie 62.10.05) waar hij zijn PK's, proppen papier, uitdeelt aan het publiek. In 1963 en 1964 organiseert De Ridder in galerie Amstel 47 een aantal tentoonstellingen, tevens worden in de galerie Fluxus uitgaven, kranten en objecten verkocht. Als eerste tentoonstelling vindt de Piano for all senses plaats, van Nam June Paik (zie 63.06.22), een geprepareerde piano die het publiek zelf kan bespelen, staat opgesteld. Ook organiseert hij 2 Fluxus festivals in Amsterdam en Den Haag (zie 63.06.23 en 63.06.28). Onder grote hilariteit wordt de avond begonnen met de uitvoering van Paper piece van Benjamin Patterson. Het publiek wordt bedekt met grote vellen papier die in de toneelopening hingen. Willem de Ridder en Wim T. Schippers nemen naar aanleiding van deze concerten contact op met Henk de By, die een maandelijks magazine bij de Vara televisie heeft. Ze doen een voorstel een programma samen te stellen over de nieuwste tendenzen in de beeldende kunst (zie 63.12.29, Signalement). De Ridder vraagt Maciunas om bijdragen in de vorm van films en composities die zijn aangepast voor een uitzending. Maciunas stuurt hem een groot aantal suggesties, o.a. in een brief van 22.08.63.Ga naar eind6. Als eerste stuk wil Maciunas dat de omroeper omgekeerd in beeld komt, en zo begint te praten. Dit is het stuk Prelude van Nam June Paik. Na deze inleiding moet het beeld even zwart worden, dit is de tv versie van Light Event van George Brecht (.on .off). Vervolgens vraagt de presentator ‘If La Monte Young is watching this program, would he please telephone...’ Een compositie van Emmett Williams. Maciunas geeft aan dat deze stukken steeds aangekondigd moeten worden, maar in Signalement gebeurt dit niet. Verder stelt hij direkte ingrepen in de zendapparatuur voor, zodat de storingen natuurlijk lijken. De kijker probeert dan zijn toestel bij te regelen, en raakt zo bij het stuk betrokken. Een van de storingen bestaat uit een luid geruis, een andere uit het aansluiten van geluidsbronnen op de beeldscherm-electronica. De uitvoerders mogen zelf niet zichtbaar zijn: TV is niet hetzelfde als theater. Een fluxus tv uitzending moet meer gebruik maken van de technische mogelijkheden. In december wordt door De Ridder en Schippers een Fluxus festival in Amsterdam georganiseerd, mede in verband met de uitzending Signalement (zie 63.12.18). In mei 1964 wordt De Ridder Fluxusvertegenwoordiger voor EuropaGa naar eind7. Hij krijgt het volledige recht om zelfstandig te werken. Hij moet het Fluxusmateriaal verzamelen, vormgeven en uitgeven. De Ridder stelt voor een Postorderbedrijf op te richten in navolging van de New Yorkse Fluxshop. Maciunas stuurt hem daarop een groot aantal lijsten met mogelijke deelnemers voor een Europese Fluxusuitgave. Tevens stuurt hij reeds uitgegeven materiaal dat in een uitgave/prijslijst een goede indruk kan geven van het werk dat bij de New Yorkse Fluxshop wordt aangeboden. Maciunas maakt voor De Ridder en Schippers monogrammen, zoals hij dat ook deed voor andere officiële Fluxusleden. Eind 1964 organiseren De Ridder en Schippers twee Fluxusfestivals in Scheveningen en Rotterdam (zie 64.11.13 en 64.11.23).
De Ridder verzorgt een tweetal bestellijsten, voor het European Mailorder Warehouse, postbus 2045 in Amsterdam. De gegevens van de eerste gestencilde bestellijst zijn overgenomen uit | |
[pagina 164]
| |
het Fluxusblad cc VTRE, no. 3, van maart 1964, Valise eTRanglE. Een informatiebrochure bevat een aantal composities, met verwijsnummers, en achterin bevindt zich een opgave van de auteurs - hiermee wordt een zekere mate van anonimiteit bereikt (zie 64.04). De Ridder bereidt in 1965 een Europese jaardoos voor, een doos met het werk van de aangesloten kunstenaars, dat een overzicht geeft van hun werk van het afgelopen jaar. In de doos bevinden zich kleinere doosjes die werkstukken, events, partituren en foto's van Eric Andersen, Tomas Schmit, Ben Vautier, Emmett Williams, Willem de Ridder, Arthur Køpcke, Ludwig Gosewitz, Stanley Brouwn en Wim T. Schippers e.a..De uitgave is niet gerealiseerd. In 1964 geeft Maciunas een Fluxus jaardoos in de vorm van een boek uit, met enveloppen die partituren en kaartjes met events en instructies en essays bevatten. Het is voornamelijk werk van de New Yorkse Fluxusleden. De tweede jaardoos, Fluxyearbox 2 uit 1968, bevat een groot aantal spelletjes: objecten, filmloops met een speciale viewer, vele kaartjes met events en composities. In New York worden ook werken van De Ridder en Schippers uitgevoerd. Zo wordt De Ridder gevraagd een aantal maskers voor zijn stuk Laughing piece op te sturen voor het Perpetual Flux Festival in april 1965 in New York, en moet De Ridder een aantal PK's (proppen papier) leveren om ingevoegd te worden in een Fluxus publikatie.
Dick Higgins schrijft in Postface (1964) dat Fluxus opgehouden is te bestaan. Dat dit niet het geval is, blijkt uit de voortdurende stroom aktiviteiten van een kerngroep Fluxusleden. Wel is waar dat verschillende kunstenaars zich in de loop van de jaren hebben teruggetrokken uit de Fluxusorganisatie, als eerste Dick Higgins en Nam June Paik in 1964. Maciunas wordt vaak een zekere mate van dirigisme verweten, wat tot de nodige conflicten leidde. Zonder overleg met de betreffende kunstenaars stelde Maciunas programma's van concerten samen en vermeldde hij werk op de bestellijsten van de Fluxusorganisatie. Hij trachtte steeds onduidelijkheid rond zijn persoon te scheppen door zijn biografie in verschillende versies samen te stellenGa naar eind8. In 1978 is Maciunas, altijd een zware astma patiënt, overleden. Op 24 maart 1979 verschijnt een extra nummer van cc VTRE, dat is gewijd aan de overleden Maciunas.
Albert Kuiper Talitha Schoon a V TRE extra, 24.03.79, 37,5 × 29
cc Valise eTRanglE, maart 1964 57,5 × 34,3 | |
[pagina 165]
| |
|