De zwerftochten van Kakkerlak
(1921)–Joh. H. Been– Auteursrecht onbekend
[pagina 333]
| |
[pagina 334]
| |
Naschrift.‘De Jongens de baas, en de Meisjes niet te vergeten’ is in 't jaar 1909 geschreven in 't voorgevoel van den Wereldoorlog en van de sociale veranderingen, welke daarvan het gevolg konden zijn. In beeld werd gebracht, hoe zich omstandigheden kunnen voordoen, waarin arbeid boven enkel verstandelijke ontwikkeling blijkt te staan, die, hoewel eerst ruw onderdrukt, toch een al sterker wordenden invloed blijkt uit te oefenen; hoe door het wegvallen van den leider anarchie ontstaat, maar ten slotte een maatschappij alleen levend kan blijven door een harmonische ontwikkeling van alle krachten. Een paar jaar later gebruikte ik enkele der hoofdfiguren en hoofdgebeurtenissen uit dat boek, om een vertelling te schrijven, waarin ik de Nederlandsche jeugd in kennis bracht met de wetten en grondbeginselen der Padvinderij, zoodat ‘Kakkerlak bij de Padvinders’ een vervolg werd op ‘De Jongens de baas’. Nu van beide boeken een herdruk noodig bleek, vonden wij - d.i. Gebr. Kluitman en ik - het geschikter, beide verhalen in één doorloopende vertelling te doen verschijnen. De grondstellingen der P.V. hebben in die jaren genoegzame bekendheid verkregen, en de Wereldoorlog, die werkelijk de sluizen heeft doorgebroken, welke den rustigen levensstroom regelden, heeft, ook in haar gevolgen, veel uitleggingen in het eerste boek overbodig gemaakt. Dat wil zeggen - omdat ik altijd uitlegging tracht te dramatiseeren, anders slaan mijn lezers het toch over! - heel wat bekorting toegelaten. Wat over twee stations verdeeld was, gaat nu in éénen door. 't Zou misschien niet kwaad zijn voor vroeger geschreven meerdeelige romans, wanneer de auteur ze na een tiental jaren nog eens oververteld had. Door den titel met het onderschrift heb ik gepoogd alle mogelijke bezwaren te voorkomen en te vermijden. Ik zou niet de schepper zijn van de Kakkerlak-figuur - wiens levensdurf ik het opkomende geslacht tracht in te boezemen - indien ik deze taak niet aangedurfd had. Onder zijn levensleuze ga dit boek de wereld in.
Den Briel, 24 Sept. 1920. JOH. H. BEEN. |
|