Dit boek kwam tot stand op initiatief van de Nederlandse Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Het wil tegemoet komen aan de kennislacune waarmee de restauratiepraktijk in Nederland en in Vlaanderen kampt. De stijgende belangstelling voor kalk vanuit verschillende hoeken en het toenemend aantal onderzoeksresultaten hierover leidden immers ook tot meer vragen vanuit de restauratie- en de renovatiepraktijk.
In dit boek wordt niet alleen aandacht geschonken aan de technische aspecten van kalkmortels. Ook wordt de toepassing ervan geplaatst binnen het raamwerk van milieuzorg en van de ethische aspecten van de monumentenzorg. Deze publicatie is bedoeld om zo integraal mogelijk te voorzien in de behoefte aan informatie over de toepassing van kalkmortels in de monumentenzorg. Zo wordt onder andere het compatibiliteitscriterium en de aandacht voor het vakmanschap als aspect van authenticiteit in het kader van het gebruik van kalk toegelicht.
De basis van dit boek is gelegd door een brede werkgroep. Naast vertegenwoordigers van de aannemerij bestond deze groep uit architecten, onderzoekers, adviseurs en deskundigen bij de producenten en leveranciers van kalk. Uit deze brede groep is vervolgens een redactie gevormd, bestaande uit Prof. Dr. Ir. Arch. Koen van Balen (Katholieke Universiteit Leuven, voorzitter), Ing. Bert van Bommel (Rijksgebouwendienst, secretaris), Ir. Rob van Hees (TNO Bouw), Drs. Jeroen van Rhijn (Rockview Gesteente Expertisebureau) en Matth van Rooden en Ir. Michiel van Hunen (Rijksdienst voor de Monumentenzorg). De coördinatie was in handen van Drs. Frans van der Helm (Rijksdienst voor de Monumentenzorg). De redactie heeft bij haar werk dankbaar gebruik gemaakt van informatie en commentaar van Dr. Geol. Kristof Callebaut (oud medewerker Katholieke Universiteit Leuven), Ing. Loek van der Klugt (oud medewerker van TNO Bouw) en Ir. René van der Loos (Nederlands Instituut voor Bouwbiologie en Ecologie).
De redactie had tot taak het door de werkgroep verzamelde materiaal te bewerken en waar mogelijk de geconstateerde kennisleemten op te vullen. Het resultaat, het voorliggende boek, is geschreven voor onderzoekers, monumentenwachters, ontwerpers, bestekschrijvers, uitvoerders en aannemers en voor het onderwijs. Het beperkt zich daarbij niet alleen tot de restauratiepraktijk. Hoewel de aandacht toegespitst is op de monumentenzorg zal de aandachtige lezer merken dat de informatie ook van nut kan zijn voor de rest van de bouwpraktijk: de renovatiesector en de nieuwbouw. Dit illustreert dat het gebouwde erfgoed - waarvan de betekenis vanuit verschillende invalshoeken kan worden bekeken - een ongelooflijke rijkdom aan informatie bevat en zijn nut kan hebben in de speurtocht naar principes en oplossingen voor milieubewust en duurzaam bouwen.