thuiswijzen
thuiswijzen (wees thuis, thuisgewezen)
• | thuisbrengen, zich herinneren waar iets of iemand hoort |
xxx uit de Baljuwstraat 9 werd in de nacht van vrijdag op zaterdag even voor drie uur gewekt door een eigenaardig geknetter. ‘Ik kon het geluid onmogelijk thuiswijzen en daarom stond ik op’, zegt de echtgenoot van xxx. - LN, 25-11-2002