snotvalling
snotvalling (de, -en)
• | verkoudheid |
- | een snotvalling hebben, snipverkouden zijn |
Toch jeukt het nog altijd wel een beetje. En we moeten er niet aan denken dat we voor een voorstelling een snotvalling zouden krijgen (hilariteit). - LN, 15-03-2003
|
|