Beknopte beschryving nevens eene naauwkeurige afgezette kaart der Zeven Vereenigde Nederlanden
(1793)–Willem Albert Bachiene– Auteursrechtvrij
[pagina 44]
| |
Groningerland.Welke mede den tytel heeft van eene Heerlykheid, en den naam draagt naar de stad Groningen, die 'er de Hoofdstad van is. Deze Provincie wordt door de rivier de Lauwer van Friesland afgescheiden, zy is omtrent eens zo klein als deze, doch heeft anders in lugts-en gronds- gesteldheid, met dezelve zeer veel overeenkomst; uitgezonderd, dat 'er meer koorn groeit, en dat ook dat gedeelte daarvan, 't geen naast aan Drente paalt, meer Hei-en Zandagtig is. Zy wordt bewaterd door de rivieren de Hunse of 't Lependiep, het Damsterdiep, en 't Schuitendiep. In 't algemeen is deze Provincie onderscheiden in de Stad mee het daar onder behoorende Regtsgebied, en de Ommelanden: daarom wordt alles samen gemeenlyk Stad en Landen genoemd. I. De Stad Groningen, die de Hoofdstad der geheele Provincie en de eenigste is, die Stem in Staat heeft (maakende alleen 't halve Lid van Staat uit), heeft (naar men denkt) dien naam ontvangen van de groene Weilanden, die dezelve van alle kanten omgeeven Die Stad is groot en van binnen treflyk bebouwd: door derzelver gelegenheid bekwaam tot den koophandel, dien de ingezetenen sterk dryven. Zy is van goede vestingwerken omgeeven: hier is ook een zeer bloeijende Hoogeschool, gesticht in 1614. In de Historien heeft deze Stad eenen roem behaald door de dappere verdeediging der Soldaten en Burgers, benevens de Studenten in 't vrugteloos beleg, door Berend van Galen Bisschop van Munster in 1672. 't Regtsgebied, tot deze Stad behoorende, wordt het Goorregt genoemd, en behelst negen dorpen. II. De Ommelanden zyn verdeeld in vier Quartieren. 1. 't Eerste is 't Wester-Quartier, en wordt dus genoemd, dewyl 't het Westelykste gedeelte der Provincie is, stootende aan Friesland; dit land is zeer vervuld van boschaadjen. 't Wordt weer onderdeeld in verscheide byzondere land- | |
[pagina 45]
| |
schappen; als Middagster, Vredewold, Langewold en Ruigewaerd. Men vindt 'er gene steden in, maar verscheide dorpen, onder welke Grypskerke, Aduwert, Visvliet enz. de voornaamste zyn. 2. Hunsingoo, zo veel gezegt als 't Land aan de Hunse, dewyl deze rivier aan de Zuid-Westzyde daar voorby stroomt. Dit vervat ook verscheide onderdeelen, als de Marren, Halve ambt, Ooster-ambt en Ubhinga. Daar in ligt de Schans Zoltkamp, aan den mond der Hunse, en eene menigte van dorpen. 3. 't Derde Quartier is Fivelingoo, dus genoemd naar de Fivel, de rivier waar men hedendaags den naam aan geeft van 't Damster diep. 't Is onderdeeld in het Hoogeland, Duirswolster, en Oostera. Hier vindt men Delf-Zyl, zo veel gezegt als Delf-Sluis, een sterkte aan den mond van de Fivel, zynde voorheen in eenen goeden staat geweest. Ook Dam, in onderscheiding van andere plaatsen dezes naams Appinga-dam genoemd. Dit is een groot vlek, van binnen in alles naar een Stad gelykende, doch met geene muur noch graft omringd, dit vlek is zeer vermaard door eene bloeijende paerdemarkt. 4. 't Olde-ambt, wordt in 't groote en in het kleine Old ambt verdeeld. Hier is Winschoten, een klein stedeken zynde voorheen maar een dorp geweest, doch door de Staaten in 1593 met vestingwerken omringd, om den Spanjaarden 't stroopen in die Provincie te beletten, 't ligt aan een trekvaart, die van Groningen naar de Nieuwe Schans gaat. Digt daar by liggen de Oude-Winschoter-zyl en de Brugge-Schans. En meer ten Noorden op, een soort van een Caap, die 't water den Dollert eindigt digt by de dorpen groot en klein Termunte lei wel eer de Oude-Schans. Hier aan grenst ten Zuid-Oosten 't Wester-wold, door de wandeling Westwoldinger-land geheeten, 't welk wel op het grondgebied dezer Provincie ligt, en in veele kaarten zo uitgebeeld wordt, als of 't 'er werkelyk toe behoorde, doch anders onder de landen der Generaliteit gerekend wordt; gelyk 'er dan ook jaarlyks twee Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staaten derwaards gezonden worden, om de daar liggende Schansen, die ter | |
[pagina 46]
| |
dekkinge dezer Provincie tegen 't Munstersche dienen, te bezigtigen. Een dezer Schansen is de Bourtang, liggende rondsom in eene weke moerassige landstreek, die deze plaats voor den vyand genoegsaam ongenaakbaar maakt, wordende daarom het Bourtanger moeras genoemd. Daar aan volgen, meer ten Noorden, op de grenzen van Oost-Friesland, de Oude of Bellingwolder-Schans, ook de Bellingwolder-Zyl, of Sluis genoemd, 1583 door Willem van Nassauw, gouverneur van Friesland gesticht, en van binnen met een Sluis voorzien, waar door 't water van de Westwolder-Aa kan worden opgestopt, 't welk dan de omliggende laage landen doet onderlopen. Nader aan den Dollert ziet men nog de Boner-Schans, en de Nieuwe anders genoemd de Lange-Akker-Schans. |
|