lerhande Krygsbehoeftens, met één woord, al wat tot de bescherming der Republiek aan de Landzyde vereischt wordt, gelyk ook over de uitgaave der penningen, die tot dit alles jaarlyks zo in vreede als in oorlogstyd, door de byzondere Provinciën moeten besteed worden.
Hoewel deeze laatstgenoemde last ook gedeeltelyk is toevertrouwd aan de Heeren Raaden, afgevaardigd ter Generaliteits Rekenkamer, die daarom met de Raaden van Staaten eene naauwe verbintenis hebben.
Gelyk ook aan de Staaten Generaal ondergeschikt zyn de Heeren Raaden ter Admiraliteit, die 't bewind hebben alleen over de Zee-Zaaken, zynde in vyf Kamers verdeeld, die hun verblyf hebben te Amsterdam, Rotterdam, Hoorn of Enkhuizen, Middelburg en Harlingen.
Bovendien heeft ons Gemeenebest, ten aanzien van de Regeeringsvorm, eene merkelyke veranderinge ondergaan in 1747, wanneer 't Stadhouderschap, benevens de daar aan verknogte hooge Waardigheden van Capitein- en Admiraal-Generaal over de geheele Krygsmagt, (zynde sedert den dood van zyne Koningl. Majesteit van Groot-Brittanje, Willem III, in de meeste Provinciën zo lang opgeschort geweest) weder is ingevoerd; over alle de Provinciën algemeen geworden, en zelfs ook over de Generaliteits landen uitgestrekt: en door 's Lands Staaten eenpaarig opgedraagen, en zulks erflyk, zo wel ten aanzien der Vrouwelyke als der Mannelyke linie, aan zyne Doorluchtige Hoogheid, den Heere Prince van Oranjen en Nassau, Willem Karel Hendrik Friso, die reeds het Stadhouderschap over drie Provincien Friesland, Groningerland en Gelderland bekleedde; en die daarom hier toe in aanmerking moeste komen, dewyl zyn Doorl. Hoogheid uit denzelfden Stamvader met alle de Prinsen van Oranjen, die voorheen 't Stadhouderschap over de meeste Provincien bekleed hebben, afdaalde; namelyk uit Willem den Ouden, en ook wegens 't huwlyk van zynen Overgrootvader Willem Frederik van Nassau-Diets, met de Dochter van Frederik Hendrik van Oranjen, Albertina Agnes, nog nader, schoon naar de vrouwelyke linie, zynen oorsprong rekende: om welke reden zyn vader Jan Willem van Nassau-Diets, door Koning Willem III, als de naaste in den bloede, tot zynen algemeen erfgenaam
verklaard werd, van alle zyne tytels en goederen.
Deeze Vorst had, uit deszelfs huwlyk met de Prin-