Pyrotechnia, of meer dan hondertderleye konstvermakelijcke vuurwerken
(1678)–John Babington– Auteursrechtvrij
[pagina 74]
| |||
daer de twee Raders op loopen, wat breedachtig in ’t midden maecken, en in die breedte moet gy twee gaten booren, soo dicht aen malkanderen, als mogelijk is; in welke gaten men twee Pylen moet vast maecken, so digt by malkanderen, dat sy elkander bykans aen raken, en moeten soo by een gevoeght zijn, dat wanneer de eene verteert is, d’ander dan aen brand geraeckt, gelijk als men de Lijnpylen bind: Als dan, de eerste aen brand gestoken zijnde, sal het uitwaerds loopen, soo lange, tot dat de eerste Pyl verteert is; en dan raeckt de tweede aen brand, en komt wederom, tot dat de kragt van de tweede pyl verteert, altijdt sorgh dragende, dat men de pylen na de Raders wel proportioneert; soo doende sult gy ’t na begeerte hebben. De gedaente van dit Rad is ook geteikent in de seste Figuur, met de letter H.
Dese en diergelijcke Aerd-raden moeten op een mooije en effen plaets loopen, dat haer geen horten noch stooten hinderlijk zy; want een hort of een stoot sou de kragt van de pyl verminderen in haer motie. |
|