Verantwoording
De tekst van Asselijns treurspel is overgenomen uit een exemplaar van de eerste uitgave uit 1668, dat in de Amsterdamse Universiteitsbibliotheek onder signatuur 1021 H 3 wordt bewaard. Evidente zetfouten zijn verbeterd met behulp van een uit dezelfde bibliotheek afkomstig exemplaar van de tweede druk (uit 1669; signatuur 694 E 74). De authentieke tekst is gehandhaafd, zij het dat de interpunctie op veel plaatsen gemoderniseerd is. Verder zijn woordverklaringen en korte parafrases van lastig te begrijpen passages toegevoegd.
Het is ook taalkundig gezien geen wonder dat de mannen van Nil Volentibus Arduum voor Op- en ondergang van Mas Anjello geen goed woord overhadden. Hun ideaal was orde en regelmaat, en om die reden zullen zij Asselijns taal al net zo ordeloos gevonden hebben als de inhoud van zijn toneelstuk. De spelling is bepaald niet ordelijk, het gebruik van de slot-n bij werkwoorden of bijvoegelijke naamwoorden is grillig en vaak afhankelijk van het rijm. Het rijm zorgt voor wel meer vreemd taalgebruik: als bijvoorbeeld ‘Doorluchtigheid’ op ‘treden’ moet rijmen, maakt Asselijn daar gewoon ‘Doorlugtigheden’ van (723, 724; zo ook ‘treeden’ / ‘Eerweerdigheden’ in 1199, 1200). Ook vormleer en syntaxis vertonen onordentelijkheden: constructies worden niet volgehouden en hebben de onregelmatigheden van spreektaal; een enkelvoudig onderwerp krijgt vaak een meervoudige werkwoordsvorm als dat beter bij de betekenis past; ‘uw’/‘u’ en ‘mij’/‘mijn’ kunnen door elkaar worden gebruikt. Er valt over te twisten of Asselijn zich niet beter kon conformeren aan wat de literaire verwachtingen van zijn tijd waren, of dat hij opzettelijk heeft geprobeerd zijn taal aan te passen bij de volkse sfeer van zijn stuk.
Afgezien van dergelijke onregelmatigheden bevat Asselijns taal ook andere elementen die wel vaker het lezen van zeventiende-eeuws Nederlands bemoeilijken. De meest voorkomende problemen zijn:
‘daar’ betekent veelal ‘waar’;
‘werdt’ is ‘wordt’;
‘en niet’ of ‘niet en’ is vaak ‘niet’;
‘nog’ betekent vaak ‘toch’ of ‘nog’;
‘straks’ betekent vaak ‘meteen’;
‘als dat’ staat vaak voor ‘dat’;
‘wijl’ staat meestal voor ‘terwijl’;
‘terwijl’ betekent meermalen ‘aangezien’ of ‘omdat’.