Bibliografie van de literaire tijdschriften in Vlaanderen en Nederland. De tijdschriften verschenen in 1990

[p. 329]

Naar Morgen

Opgericht in 1969

Redactie:
	Nr. 65:	Dorette van Kalmthout, Steven van Campen, Silva Ley, Karina Baggermans, Annette Dietze, Theo Scholten
	Nr. 66:	Dezelfden, behalve Silva Ley

Redactieadres: Postbus 6254, 5600 HG Eindhoven

Uitgeverij: Literaire organisatie en uitgeverij Opwenteling, Eindhoven

Jg. XX,	nr. 65:	1990, 32 p.
	nr. 66:	1990, 32 p.

I. Poëzie

BESSELING, Peter [Gedichten], 65, p. 4-7 ‘stenen op begraafplaatsen zouden lachen’ p. 4 In bad: ‘jou naakt zien is weer denken aan de aarde.’ p. 5 ‘nu ik huisman ben’ p. 6 ‘vandaag zag ik de vazen met voorjaarstakken’ p. 7

BOOM, Laurens [Gedichten], 66, p. 3-4 ‘zonder het te weten, mijn lief’ p. 3 ‘ook als ik zoek en wat fruit vind’ p. 4

COCKAERTS, Anne [Gedichten], 66, p. 5-6 ‘Het water verdort op wegen,’p. 5 ‘hier leven nog de stemmen’ p. 6

GERITS, Anton [Gedichten], 66, p. 7-9 Onderschatting ‘Ik stap een springplank af van angst’ p. 7 Zondag: ‘De straten zijn van boven dicht.’ p. 8 Hoe zouden wij elkander zijn, p. 9

GRAAF, Willem de [Gedichten], 65, p. 8-11 Thuis: ‘Binnenskamers merk je niet’ p. 8 Avondstemming: ‘Regerend keek mijn vader over de gedekte tafel’ p. 9 Adventscollage: ‘We zouden straks met neergeslagen ogen,’ p. 10 Wandeling: ‘Telkens als we langs het Singel gingen’ p. 11 [Gedichten], 66, p. 10-12 Korrektietoets: ‘door middel van impulsen’ p. 10 Oproep: ‘een druk op de knop’ p. 11 Tekstverwerking: ‘naar fiches in een kaartenbak’ p. 12

[p. 330]

KOMEN, Rob [Gedichten], 65, p. 12-16 Fietstocht: ‘de druppels stapelen zich:’ p. 12 Noord-Holland: ‘wolken in overvloed’ p. 13 Rinnegom: ‘het traag getik van de wekker’ p. 14 Afscheid: ‘ook deze nacht’ p. 15 Momenten: ‘een meeuw cirkelt’ p. 16

KOOIJMAN, Bert Vijf, 65, p. 17-21 1. ‘Van veren maak ik een hoed. Als het maar’ p. 17 2. ‘Zoals licht de tijd zijn stappen voorschrijft’ p. 18 3. ‘Het lichaam dichten is de waarheid’ p. 19 4. ‘Overal waar men witte kleren draagt, kan’ p. 20 5. ‘Een glas van vlees dat ik leeg drink:’ p. 21

KUPPENS, Patty [Gedichten], 66, p. 13-22 Middag op het Vogelwater^1: ‘het zijn niet de gebloemde rokken’ p. 13 1. ‘Mijn grote roze moeder’/‘die zich lange tijd’ p. 14 2. ‘Mijn grote roze moeder’/‘is niet méér mijn moeder’ p. 15 1. ‘Eens was het zo stil’ p. 16 2. ‘een vreemde vrouw’ p. 17 Geboorte van een zoon’, p. 18-19 1. ‘ik wacht’ p. 18 2. ‘in sporen’ p. 19 ‘Nooit zou ik lijken op dat zusje’ p. 20 ‘De hele dag heb ik mensen gezien’ p. 21 ‘Een zwerm vogels, liefste, zijn wij’ p. 22

LEMMENS, Jan [Gedichten], 65, p. 22-25 Ogen: ‘toen ik haar gezicht’ p. 22 Oudleerlinge: ‘Daar zat je dan ineens na’ p. 23 Ceder: ‘lang hun toeverlaat’ p. 24 Herfstvrouw: ‘ze woont aangepast’ p. 25

MAARSINGH, Herman Teken voor de trek^2, 66, p. 3 ‘Nu ik weer geloof hecht aan de zin’

VOORHEUVEL [Gedichten], 65, p. 26-32 Nieuw gebed: ‘Door gerucht van’ Treeplank in de ruimte: ‘Er zijn verlengstukken’ p. 27 Leef-tijd: ‘Nu ik ouder’ p. 28 Rite: ‘Ze hebben nog wat’ p. 29 De mist: ‘Ook al zien we na’ p. 30 Vraagteken: ‘Ik loop op’ p. 31 Tegendeel: ‘Nu het zien is veranderd, het’ p. 32

1 Opdracht: Voor Elly

2 Correctie op publicatie in Naar Morgen 64 [1989], p. 8

[p. 331]

II. Proza

AMELSVOORT, Ria van Dertiende etage, 66, p. 23-25 Villa Fluvia, 66, p. 25-27

BAGGERMANS, Karina Scherzo in B-mineur, 66, p. 28-32