| |
| |
| |
Randschrift
Tweemaandelijks tijdschrift
Officieel orgaan van de vzw ‘Cariatide’
Opgericht in 1983
Redaktie: Denis Blanpain, Annie Huylebrouck, Luc Timmermans, Marleen van Deuren, Erik Vermeulen
Verantwoordelijke uitgever: Annie Huylebrouck, Woudlaan 170, 1050 Brussel
Jg. IV, |
nr. 1 = 15: |
febr.-maart 1987, 40 pp. |
|
nr. 1 = 16: |
juni-juli 1987, 40 pp. |
|
nr. 2 = 17: |
sept.-okt. 1987, 40 pp. |
| |
Artikels van de redactie
Beste lezer; Editoriaal, 15, p. 2; 16, p. 2 |
|
Caryatide stelt voor: Luc Dondeyne, 17, p. 13 - Met prt. |
|
Enkele belangrijke herdrukken, 17, p. 39
Walter van den Broeck, Het hemelbed |
Johan Daisne, De man die zijn haar kort liet knippen |
Paul de Wispelaere, Tussen tuin en wereld |
|
| |
I. Poëzie
BOOM, Laurens
|
|
DARLINGTON, Andrew
[Gedichten], 15, p. 16
Bodily secretions. Winter '71 bled into '72: ‘Staying in a long caravan’ |
A feast of fiends / The Hyde Park poem: ‘I walk to escape the feeling’ |
|
|
|
DEKONING, Ivo
[Gedichten], 16, p. 19
Voorbij de muur: ‘een man stak de lont’ |
Eeuwige paradoks: ‘Stel dat je op weg naar liefde’ |
Hij schreef geschiedenis: ‘Hij was een groot man’ |
|
|
|
LAAR, J.M. van de
Horatius, Oden I, 23. Vert. J.M. van de Laar, 16, p. 20 |
|
|
LABIAN, Piet
Blik over Moermansk, 15, p. 21
|
|
| |
| |
SERGEN, Karel
[Gedichten], 15, p. 28
De geloofsgemeenschap: ‘of de boot niet te zwaar geladen is’ ‘of een steen wel hard genoeg is;’ |
|
|
|
WIT, Johan de
‘o griekse geest gedoopt in azuren woorden’, 16, p. 18 |
|
|
WOODS, Christopher
[Gedichten], 15, p. 17
First light: three exposures |
Slowly it comes, bending the night’ |
‘Climbing toward it zealously,’ |
‘Parhaps by a glance, or in a conversation,’ |
Concert for one: ‘Put out the lamp,’ |
|
|
| |
CAILLIAU, Phil
Schrijven op zijn best. Pol Hoste laat eindelijk weer van zich horen [Vrouwelijk enkelvoud. Een prozaboek], 16, pp. 3-6 |
|
|
DEUREN, Marleen van
André de Laet, Paul van Roy, Jozef Victoir, Hector Waterschoot, Vulkaan der muzen. 30 eeuwen vorm en kleur in Italië, 16, pp. 26-32 |
|
Naar Eva 's beeld. Over de positie en de rol van de vrouw in de geschiedenis van de Westerse kultuur, 16, pp. 30-33
Fia Dieteren, Els Kloek, Antoinette Visser, Naar Eva's beeld. De geschiedenis van de vrouw in de Europese cultuur |
|
|
|
HAESEN, Eric
The night-porter, 16, p. 23
Voorstelling der rubriek voor internationale poëzie; ditmaal de dichteres Belinda Subraman, met autobiografische tekst (p. 23) en opname van de gedichten: A reaction to bullshit, On the streets of Calcutta (p. 24); Uncanny tale (p. 25) |
|
|
|
KASTEEL, Hans van
Homerus en de allegorese, 15, pp. 18-20
N.a.v. Porphyrius, De grot van de nimfen. Over een passage uit de Odyssee (nl. XIIIe zang, vs. 102-112) van Homerus. Vert., inl., aantek. door Cornelis Verhoeven e.a. |
|
|
|
LAUREYS, Michel
Willy Spillebeen: De engel van Saint-Raphael*, 15, pp. 37-38 |
|
Zolang er vleugels ritselen... Over ‘Rui’ van Lucienne Stassaert, 16, pp. 8-10 |
|
Moeder is een rat (Willy Spillebeen)*, 16, pp. 33-34 |
|
Vakmanschap en bellen blazen [Jef Geeraerts, Het Sigmaplan]*, 16, p. 36 |
|
| |
| |
Clem Schouwenaars: Liefdeshalve*, 16, p. 38 |
|
|
RADEMAKERS, Luuk
Schrijvers zitten met de dood aan tafel. ‘Je kan maar eenmaal in dezelfde rivier afdalen’ (Herakleitos), 16, pp. 15-17
Over ‘het streven naar eeuwigheid in de literatuur’, soms ten koste van het leven |
|
|
Kasimir Malevitch: de exponent van een biografie, 17, pp. 18-25 |
|
Dan van Severen: een hedendaagse Malevitchiaan?, 17, pp. 26-29 |
|
|
TIMMERMANS, Luc
‘Mooie jonge goden’ [Vlaams literair talent]: een boeiend verslag van de stand van zaken in het jonge Vlaamse letterland, 15, pp. 8-9 |
|
Graffiti: het verhaal van de overgang van de anarchistische subcultuur naar de gevestigde kunstwereld, 15, pp. 24-27 - Met ill. |
|
[Recensies]*, 15, pp. 32-37
Jan Bauwens, De wrat, p. 35 |
Bruno Bartels, De goddelijke brief, pp. 35-36 |
Patrick Bernauw, Het huis op de heuvel, p. 35 |
Jo Claes, De dwaling, p. 34 |
Joris Denoo, Repelsteel in Bourgondië, p. 32 |
Guido Eekhaut, De cirkeljaren, p. 32 |
André Janssens, Een dag van sneeuw, p. 34 |
Lieven Tavernier, Over water: Schitterend debuut, pp. 36-37 |
|
|
De nieuwe tachtigers. 25 jonge Vlaamse dichters. Inl.: Hubert van Eygen, 16, pp. 11-12 |
|
Gaston van Camp: De kracht van Marrakesch*, 16, p. 37 |
|
Een ‘Postume dood’ van Jo Claes en een ‘Zuil van zout’ van Kristien Hemmerechts, 17, pp. 11-13 |
|
[Recensies]*, 17, pp. 36-39
Fernand Auwera, De Toren van Babel is geen puinhoop, pp. 36-37 |
Gustave Flaubert, Reis door de Orient. Inl.: Paul Claes, p. 38 |
Wim Zaal, Vlak bij Vlaanderen. Een Hollander over het Zuiden, p. 38 |
Dirk Jan Luyten, Joker, p. 39 |
|
|
|
VERMEULEN, Erik
Waar fictie en werkelijkheid in mekaar overvloeien en over Paul de Wispelaere [Interview], 15, pp. 3-7
N.a.v. Brieven uit Nergenshuizen |
|
|
Over..., 15, pp. 10-15
Dirk van Babylon [De zwarte bruidegom]:... en dat ik het even moeilijk vind als de rest van jullie, maar dat mijn neurose groeit tot een tekst, pp. 11-12 |
Axel Bouts [Een bijzonder oordeel]: de mens geworpen in de moderne wereld, p. 15 |
Helga van Geertsom, Medusa onthoofd: een egodocument, p. 14 |
Ludo Noens [Schaduwbeelden]: beklemmende en meesterlijke verhalen, pp. 14-15 |
Herman Portocarero [De voornamen van de maan]: en nu, sfinx, uw raadsel, pp. 10-11 |
Willy van Poucke [Het scheermes van Ockham]: het lieve leven op een hogeschool, pp. 12-13 |
Johanna de Vloed. Het huis van Karen, pp. 13-14 |
|
|
| |
| |
Bitterzoete verhalen van Milan Kundera [Lachwekkende liefdes, 1981, 1986; Tsj.: 1963], 15, pp. 22-23. |
|
Gerd de Ley en Gerrit Komrij: aforismen en citaten*, 15, p. 29
Zout op de wonde; In de geest van de gieter. Samenst.: Gerd de Ley |
|
|
[Recensies]*, 15
Frans Janssens & Eddy van Vliet, De dichter is het hart van de wereld. Honderd gedichten van Achterberg tot Yeats (Bloemlezing Antwerpse Poëziemiddagen), p. 39 |
Marcel Janssens, Het naakt en het roze (in de literatuur), p. 30 |
Martien J.G. de Jong, De waarheid (?) omtrent Richard Simmilion of de onvoltooide autobiografie van Willem Frederik Hermans, p. 33 |
Rutebeuf, Gedichten. Vert.: Clem Schouwenaars, p. 31 |
Ward Ruyslinck, Verkenners, p. 39 |
|
|
Het lieve literaire leven... Een dagboek en een brievenbundel van twee lonesome cowboys: Witold Gombrowicz en Jeroen Brouwers, pp. 3-7
Jeroen Brouwers, Kroniek van een karakter. Deel I. De Achterboek (Brieven 1976-1981), pp. 5-7 |
Witold Gombrowicz, Dagboek 1953-1969, pp. 3-5 |
|
|
Het vastgeroeste leven [Dirk Clement, Le démon du [= de] midi], 16, p. 13 |
|
De wereld van de dichter [Erik Spinoy, De jagers in de sneeuw], 16, pp. 13-14 |
|
J.K. Huysmans, Tegen de keer [o.t.: A rebours, 1884]. Vert.: Jan Siebelink (Herdr.), 16, pp. 21-22 |
|
[Recensies]*, 16
Anthony Burgess, Koninkrijk van het kwaad, p. 35 |
Peter Hoefnagels, De vioolspelerGa naar voetnoot1, p. 39 |
Willy Spillebeen, De levensreis van een man. 2de dr., p. 34 |
Stef Vancaeneghem, Zonde van NiniGa naar voetnoot1, p. 39 |
|
|
‘A la recherche de l'horizon perdu...’. Over Hiiuma van Claude van de Berge, 17, pp. 7-10 - Met prt. |
|
Het lieve literaire leven... Jean Paul Sartre over Jean Genet, de heilige, 17, pp. 14-17
Jean-Paul Sartre, Genet, comédien et martyr, 1952 |
|
|
[Recensies]*, 17, pp. 34-38
Carlos Alleene, Schrijvers zijn ook maar mensen, pp. 35-36 |
Walter van den Broeck, Aangewaaid (Verhalen), pp. 37-38 |
Jef Geeraerts, Gesprekken, pp. 35-36 |
Frits van Noord, Roosjes thuiskomst of het dubbele leven van JVK: Knap debuut, p. 34 |
Daniël Robberechts, Tegen het personage; De grote schaamlippen (herdr.), pp. 34-35 |
|
|
|
-
voetnoot1
- De titels met * behoren tot de rubriek: Beknopt
-
voetnoot1
- O.d.t. ‘Over de verzopen generatie (Peter Hoefnagels) en over een opgroeiende jongen (Stef Vancaeneghem)’
-
voetnoot1
- O.d.t. ‘Over de verzopen generatie (Peter Hoefnagels) en over een opgroeiende jongen (Stef Vancaeneghem)’
|