| |
| |
| |
Zefier
Driemaandelijks tijdschrift voor literatuur en niet-verbale kunsten
Opgericht in 1985
Redactie: |
Marius-Walter (poëzie), Ivo Dekoning (proza), Luk Rademakers (niet-verbale kunsten), Rik Wouters (kritische teksten), Ghislain Laureys (verzending) |
Redactie-secretariaat: |
Rik Wouters, Boomkwekerijstraat 67, 1610 Ruisbroek |
|
Jg. I, |
nr. 1: |
derde kwartaal 1985, 55 pp. = [Clem Schouwenaars-nr.] |
|
nr. 2: |
vierde kwartaal 1985, 59 pp. = [Joris Denoo-nr] |
| |
Artikel van de redactie
Bij wijze van leidraad, 1, pp. 3-4
‘Bij de selectie van dit creatieve en ook van het kritische werk willen we erg objectief en selectief te werk gaan... Liever dan zelf voor (kritische) bijdragen te zorgen, wil[len] [we] ruimte laten voor losse medewerkers... [en] een centraal thema [per nr. behandelen]’ |
|
| |
I. Poëzie
BRANDE, Leopold M. van den
Holografie van november, 2, pp. 38-39
1. | ‘Aarde, moeder van de graven’ p. 38 |
2. | ‘Telkens een steen over een steen’ p. 39 |
|
|
|
COOMANS, René
[Gedichten], 1, pp. 27-29
April 85.1: ‘met klimop achter je oor de stilte’ p. 27 |
Najaar 84.3: ‘wanneer een klaproos bloeit fluisteren’ p. 27 |
Beelden. 2: ‘op je tong trappen & met pijn kleur bekennen’ p. 28 |
Beelden. 4: ‘het leven kruiden met een’ p. 28 |
Beelden. 6: ‘een struwelen wind grijpt je wapperende manen en boert’ p. 29 |
|
|
|
PEYS, Ilse
[Gedichten], 1, pp. 24-26
Verpleegster: ‘Een morgen vroeg. Zaal vier’ p. 24 |
De (nog te innen) schuld: ‘Buiten, op de rand’ p. 24 |
Fietstocht: ‘Onder het wiel rijdt’ p. 25 |
Keppetje: ‘In de schoot van zijn tuin’ p. 25 |
De eerste prijs: ‘Zopas vernam ik’ p. 26 |
|
|
| |
| |
| |
DENOO, Joris
Verhalen, 1, pp. 30-34
Waarin hij een meisje dat niet goed ziet niet kan helpen, pp. 30-31 |
Sociologie van de literatuur, pp. 31-34 |
|
|
|
NIJEN, Johan van
Opdracht volbracht, 1, pp. 40-42 - Met ill. door Leo de Kort |
|
| |
IV. Kritische bijdragen
DEKONING, Ivo
[Recensies]
Eddy C. Bertin, De schaduw van de raaf, 2, pp. 58-59 |
Frans Depeuter, De laatste zomer, 1, pp. 53-54 |
|
|
|
MARIUS-WALTER
[Recensies], 1
Hans de Greve, Vlucht langs het stille water, pp. 48-49 |
Maria Sesselle, Christine, pp. 50-51 |
Achilles M. Surinx, Het koninklijk patiencespel, pp. 51-52 |
|
|
|
PEYS, Ilse
Kate Bush... een lied over een vooroordeel, 2, pp. 55-57 |
|
|
RADEMAKERS, Luuk
Van gemis naar uitzuivering naar harmonie: een gesprek met Dan van Severen, 1, pp. 35-41- Met ill. pp. 42-44 |
|
Materie, efficientie, vorm en idee. Jan Dries aristocratisch door-gelicht. [Gesprek], 2, pp. 47-52 - Met ill. pp. 53-54 |
|
|
VERLODT, Kristiaan
Johann Sebastian Bachs ‘Johannes-Passion’ (1723): Madrigalisme versus literaliteit. Een muzikaal-literaire exploratie, 1, pp. 45-47 |
|
| |
Bijzondere gedeelten
Clem SchouwenaarsGa naar voetnoot1
(nr. 1, pp. 5-23)
SCHOUWENAARS, Clem
|
|
DEFLO, Lionel
Schouwenaars' herschrijven, pp. 14-18
Analyse van diens Rosenkranz - op basis van de drukproef |
|
|
| |
| |
WOUTERS, Rik
‘De taal is de gestalte van een tijd. De taal veroorzaakt een gestalte’. Een interview, 1, pp. 5-7 |
|
‘Emily Beyns’ doorgelicht: een roman van Schouwenaars vol familietwisten, (vrouwen)emancipatie, neo-fascisme..., 1, pp. 8-13 |
|
| |
Joris Denoo
(nr. 2, pp. 3-37)
DENOO, Joris
Gedichten. Een selectie, pp. 33-37
Uit: Een praalbed bloemen maar ik hoef niet te geuren: De dieren; Astaire, Rogers, p. 33; 34 |
Uit: De conditie van de dichter: Objectieve correlative (T.S.), p. 34 |
Uit: Eendjes voeren: De witte streepjes-lijn, Het onweer, p. 35 |
Uit: Verzetsgedichten: ‘There is no end, but addition’ (T.S.), p. 36 |
Polaraminepolka: ‘Het kan hem niet meer verdommen’ p. 37 |
|
|
Joris Denoo (o1953). ‘We never sleep’. Bibliografie, pp. 31-32 |
|
|
GERITS, Joris
Enkele lijnen in het poëtisch veld van Joris Denoo, pp. 13-18 |
|
Omtrent de eenden en de bijt [Joris Denoo, Eendjes voeren], pp. 19-22 |
|
Kilroy in de startblokken. Het proza van Joris Denoo, pp. 23-30
Over de romans De stiftenridder & ondergetekende; De fit-o-meter |
|
|
|
SMET, Marc de & DEKONING, Ivo
Treinstop en stil(l)(toe)stand: Joris Denoo biedt Marc de Smet en Ivo Dekoning een lift aan doorheen zijn literaire velden. [Interview], pp. 3-12 |
|
|
-
voetnoot2
- Ongepubliceerde tekst, ‘in feite een korte voorstudie op mijn roman De seizoenen’
|