| |
| |
| |
Restant
Tijdschrift voor recente semiotische teorievorming en de analyse van teksten
Review for semiotic theories and the analysis of texts
Opgericht in 1971
Kernredaksie:
Nr. 1: André Lefèvre, Geert Lernhout, Jaki Louage, Marc Moens, Luk de Vos
Nrs. 2-4: Dezelfden, behalve Geert Lernhout, maar met Tony Meesdom Uitgebreide redaksie:
Nrs. 2-4: Ludo Andries, Mark Holthof, Rudi Horemans, Ludo Stynen, Johan de Wispelaere
Amerikaanse redaksie:
Nrs. 2-4: c/o Ann Leblans, Univ. of Oregon
Verantwoordelijke uitgever: André Lefèvre, Kiliaanstraat 27, 2570 Duffel
Jg. IX, |
nr. 1: |
voorjaar 1981, 128 pp. = Jotie T'Hooft. Een witboek |
|
nr. 2: |
zomer 1981, 211 pp. = Hugo Raes |
|
nr. 3: |
najaar 1981, 278 pp. = Waarvan akte. Beschouwingen over teater en performance |
|
nr. 4: |
winter 1981, 226 pp. = Wetenschapsteorie, semiotiek en literatuurwetenschap |
| |
IV. Kritische bijdragen
AAGAARD-MOGENSEN, Lars
Mighty rightness, 2, pp. 207-211
Reactie op Marc Moens antwoord How real is constructed reality (VIII, 1980, 2, pp. 250-251) op Aagaard-Mogensens Real art and constructed reality (Ibidem, pp. 235-249) |
|
|
|
DUHAMEL, Roland
Taalzuivering voor kunstenaars en esthetici, 2, pp. 167-168
Käte Hamburger, Wahrheit und ästhetische Wahrheit |
|
|
|
KEIL, Flod van
Immanente structuur-botsingen bij Beckett, 2, pp. 5-19
Mogelijkheden van bepaalde interpretaties onderzoeken en vooral wijzen op immanente structuur-botsingen in Le dépeupleur en En attendant Godot |
|
|
|
LEBLANS, Anne
Rietdijk en de boze geesten, 2, pp. 193-202
Antwoord op Rietdijks reactie (VIII, 4, pp. 91-94) op haar artikel (Ibidem, pp. 65-90) na lectuur van Rietdijks De contra-revolutie tegen de rede |
|
|
| |
| |
Met een reactie van Rietdijk: Enkele opmerkingen bij Anne Leblans' antwoord, pp. 203-205 |
|
|
|
MAANEN, Hans van
Toneel als medium? 2, pp. 111-132
Over de kunstzinnig-politieke mogelijkheden van toneel, de bijzondere aard van het ‘dramatische mediale materiaal’, film ten opzichte van toneel, relatie spelers/toeschouwers |
|
|
Toneel wordt pas werkelijk toneel in de ‘akt’ van het kijken, 2, pp. 133-137
‘De toeschouwer is dus degene die de werkelijke verbinding legt tussen toneel en werkelijkheid’; over diens ‘psichische aktiviteiten’ |
|
|
|
RIETDIJK, C.W.
Nivellering en relativisme. Antwoord op kritiek, 2, pp. 175-192
Antwoord op de kritiek van H. Brugmans, S.W.Couwenberg, Marc Moens en Wim van Rooy (Restant, VIII, 1980, 4 = Bijz. gedeelte: IIe forum van Indigo Digamma: Rationaliteit, rationalisme, Rietdijk, pp. 49-53; 55-64; 109-117; 7-21) |
|
|
|
ROGGEMAN, Willem M.
Invloeden van de journalistiek op L.P. Boons literaire oeuvre, 2, pp. 21-25
Over Boons journalistieke loopbaan (De Rode Vaan, Front, Vooruit); de cursiefjes (uit Vooruit vanaf 1959) behoren tot zijn literair oeuvre |
|
|
|
RUDINOW, Joel
Art versus philosophy. Notes on the realigment of the Western philosophical tradition, 2, pp. 159-162
Over Art deconstruction, 1980 (onderdeel van Art versus philosophy), een voorbeeld van conceptuele kunst |
|
|
|
THEUNYNCK, Peter
Icaros' val, 2, pp. 27-33
Ontleding van Hedwig Speliers' gelijknamig gedicht (Restant, VIII, 1980, 1, p. 51) |
|
|
|
VERMEULEN Jan
Denkend gedacht, 2, pp. 163-166
Frans Boenders, Denkend gedacht; tevens over Marc Reynebau's recensie in Knack (5.11.1980) |
|
|
|
VYLDER, Paul de
Black box. A methodological approach, 2, pp. 169-172 - Met ill.
Over de kunstenaar in een wereld van ‘total control’ |
|
|
| |
Bijzondere nummers/gedeelten
Jotie T'Hooft: een witboekGa naar voetnoot1
(nr. 1, 128 pp.) - Met prt., facs. Redactie en inleidingGa naar voetnoot2: Luk de Vos
T'HOOFT, Jotie |
|
Poëzie
Ikris Technank [Verzenbundel], pp. 6-30 |
|
| |
| |
[Gedicht]: ‘Haar tanden waren minaretten in de Turkse’ p. 60 - facs. |
|
Ook hier: ‘Ook hier kwam het leven aangevloeid:’ p. 72 |
|
Modern love: ‘Richt de zoemer zich naar de seinen’ p. 120 |
|
Spiegel/Raam. CyclusGa naar voetnoot1, pp. 122-125
Droom/Reden: ‘Omdat je dagen in nachten veranderden’ p. 122 |
De roerloze/De slang: ‘Maar opnieuw tot reptiel vertraagd’ p. 123 - facs. |
Gestrikt/Gekluisterd: ‘Het vuur dat mij verwarmen zou’ p. 124 - facs. |
Begeerte/Onmacht: ‘Wanneer een vrouw zijn pad kruist’ p. 125 |
|
|
|
Proza
Jacht, p. 98 |
|
Fysica, p. 99 |
|
Zes januari negentienhonderd drie-en-zeventig, pp. 100-105 |
|
Het jaar donderdag (brokstukken), pp. 106-111 |
|
De vamp. Een verhaal, pp. 112-117 |
|
|
Kritische bijdragen
Het gebruik van verdovende middelen bij traditionele stripfiguren, pp. 86-88
Reeds verschenen in Restant, VI, 1977, 1 = Stripnummer, pp. 17-21 |
|
|
Andermaal Lovecraft, pp. 115-117
Over de oorsprong van de verschrikkingen in Howard Phillips Lovecrafts verhalen |
|
|
Niks aan te doen. Ten geleide, p. 118
Inleiding tot een bloemlezing doodslyriek, met een gedicht van een zesjarig meisje |
|
|
|
BREMS, Hugo
‘Eens als schedel vriend te zijn’. Het romantisch patroon in het werk van Jotie T'Hooft, pp. 32-42
Over de voornaamste komponenten van diens romantische poëziewereld... die ‘samen de negatieve dinamiek van het werk bepalen’ (p. 32) |
|
|
|
EVENEPOEL, Stefaan
Jotie T'Hooft en Baron Samedi of de interpretatie van een okkulte inspiratie, pp. 61-71
Analyse en interpretatie van het gedicht Baron Samedi (Poezebeest, 1978) |
|
|
|
HERTMANS, Stefan
Rookte Jotie? Een paar bedenkingen, pp. 73-82
Onderzoek naar diens ‘specifieke en kontroversiële aard’, gelet op de spanning tussen dichter (het subjektieve) en werk (het objektieve) (p. 75); over het doodsmotief, en de zelfmoord van Jotie T'Hooft en die van Dirk de Witte (pp. 77-78); over de mythevorming rond Jotie T'Hooft |
|
|
| |
| |
HOLTHOF, Marc
Junkieverdriet, of: De idioot van Oudenaarde, pp. 83-85
Over de film Joti T'hooft, Junkieverdriet door de Amsterdamse filmassociatie René Segers, Jean van de Velde, Leon de Winter |
|
|
|
HOREMANS, Rudi & MEESDOM, Tony
Adam Kadmon wordt Adam, of: de weeën van het vaderschap..., pp. 57-59
Over het gedicht Adam Kadmon (‘Vader, ik heb u nooit begrepen’), uit Junkieverdriet, en de niet gepubliceerde versie ‘Vader, tussen lis en varens’ (p. 56) |
|
|
|
SPELIERS, Hedwig
Het retrograde eksperiment, pp. 43-55
Over de evolutie in Jotie T'Hoofts dichtwerk |
|
|
|
VOS, Luk de
De woorden van de waan. Jotie T'Hooft en het probleem van de fiktie, pp. 91-94
Het doodsthema, o.a. in Heer van de Poorten. ‘Zijn grote probleem in het proza is uiteindelijk de door hem niet soepel te hanteren vorm van autobiografie geweest’ (p. 94) |
|
|
Omtrent het ongepubliceerde werk van Jotie T'Hooft, pp. 95-97
N.a.v. Catherine Quintens' universitaire scriptie De schrijver-zelfmoordenaar. Poète maudit tot in het graf (VUB, 1981); tevens verantwoording van de opgenomen teksten in dit bijzonder nummer |
|
|
Enkele zinnige bijdragen over Jotie T'Hooft [1976-1981], pp. 126-127 |
|
| |
Hugo Raes
(nr. 2, pp. 35-107) - met prtn.
LEBLANS, Anne
Het jarenspel: bespreking. (Voorzichtige aftasting van het terrein), pp. 93-107 |
|
|
STYNEN, Ludo
Van rebellie tot konformisme. Vrijheid en individualiteitskrises in het werk van Raes, pp. 85-91 |
|
|
VERVAECK, Bart
Een Laingiaanse interpretatie van Raes' Hemel en dier, pp. 53-82 |
|
|
VOS, Luk de
Enkele persstemmen over Het jarenspel, p. 51 |
|
|
VOS, Luk de & LOUAGE, Jaki
Ze zeggen in de boeken van Raes komen altijd onwaarschijnlijke dingen voor, pp. 37-50
Interview, gedateerd: Hoboken, 1 juni 1981 |
|
|
| |
| |
| |
Waarvan Akte.Ga naar voetnoot1 Beschouwingen over teater en performance
Redactie: André Lefèvre m.m.v. Luk de Vos (nr. 3, 278 + [III]Ga naar voetnoot2 pp.)
LEFÈVRE, André
Proeve tot een dramaturgie, pp. 7-15
Over het ‘dinamisch-dialektisch teater’ |
|
|
| |
I. Eksperiment en beleving
BRULIN, Tone
Naïef teater, pp. 73-74
Over zijn voorkeur voor de ‘art brut’; over het eskimo-theater |
|
|
|
ELST, Marijke
Accounts over ‘L'autre Pinocchio’ - Dur-an-ki. Empirisch onderzoek naar de processen van een niet-traditionele teater-voorstelling, pp. 49-55
Over het stuk en de opvoering door de Brusselse groep Dur-an-ki; reacties van toeschouwers op dit experimenteel ‘environmental theatre’ |
|
|
|
KRISJNA, Swami Deva
[Jerzy] Grotowski is er nog, pp. 19-29
Met weergave van eigen ervaringen in het Theatre of Sources, het enige project waarmee Grotowski zelf zich op dit ogenblik volop bezighoudt |
|
|
|
LOUAGE, Jaki
Een foto-essay. Kiss: ‘Salomé’, pp. 57-64 |
|
|
MISHALLE, Luk
Het Engels publiek, pp. 65-71
Over ‘groepen/mensen die de voorkeur geven aan het werken in een bepaalde woonkern en wiens werk door de gemeenschap beinvloed wordt’ (p. 66) |
Community theatre; Welfare State: een nieuwjaarsviering in Nimbin (Australië) en een ‘urban village festival’ te Liverpool (Great Britain) |
|
|
|
PATOOR, Bart
Een onderzoek naar betekenisoverdracht bij uiteenlopende konfrontaties en ‘performance’ in het bijzonder, pp. 31-47
Uitgaande van R. Rommetveit, On message structure. A framework for the study of language and communication (1974), aangevuld met E. Goffman, Frame analysis. An essay in the orientation of experience (1975) |
|
|
|
PAUSACKER, Helen
Women and Wayang kulit in Central Java, pp. 75-80
Wayang kulit in het traditionele Javaanse theater |
|
|
| |
| |
| |
II. Naar een wetenschappelijke behandeling van het teater toe
PEETERS, Frank
Pinter revisited. A. Quigley en de operationele tekstbenadering, pp. 93-99
Over de meerwaarde van Austin Quigley's The Pinter problem (1975) in de Harold Pinter-Forschung |
|
|
|
SUVIN, Darko
Voor een opstelling van de teorie van handelingsontledeing. Een toepassing op de toneelkunde. (Agentiële analise in de dramaturgie), pp. 101-122 |
|
|
TINDEMANS, Carlos
Dokument en teaterwetenschap, pp. 83-92
‘Indien ... de teatervoorstelling het te onderzoeken objekt van de teaterwetenschap is’ dan is ‘de audiovisuele dokumentatie een informatiemiddel door de technische ontwikkeling van filmische en tv-techniek mogelijk geworden ... en voor de teaterwetenschap belangrijk te achten’ (p. 83) |
|
|
| |
III. Ervaring en repliek
BROECK, Walter van den
Een antwoord op vijftien vragen, pp. 125-131
Over de situatie van de toneelauteur in Vlaanderen en over eigen toneelwerk |
|
|
|
CREUZ, Serge
Le théâtre et l'A.B.S.T.T., pp. 157-161
‘Telle est la société, tel est son théâtre’ |
|
|
|
HAUSPIE, Maurice
De Vlaamse gastpodia, pp. 153-156
Over Proka (Gent) en Kunst- en Cultuurverbond (Brussel) |
|
|
|
LAENEN, Gie
Kinderteater en teaterkinderen. Bedenkingen bij teatermogelijkheden voor kinderen en jongeren, pp. 149-152 |
|
|
LEFÈVRE, André
Interview met Wim Meeuwissen [over teateropleiding], pp. 133-137 |
|
|
REDANT, Frans
Dramaturg in Vlaanderen... De zoon van een dienstbode (Strindberg), pp. 163-166
Over de rol van de dramaturg in het teater in de beginjaren (de functie werd in 1968 ingesteld) en thans, nu gebleken is ‘dat er een groep dramaturgen moet bestaan in een gezelschap’ (p. 165) |
|
|
|
SIMON, Catherine & GRUNDERBEECK, Luc van
Le théâtre pour enfants en Belgique francophone, pp. 139-148 - Met afbn.
Met overzicht van groepen en hun programma 80/81 (pp. 142-148) |
|
|
|
VERRETH, René & TANGHE, Jenny & LEFÈVRE, André
Interview met Eugene Ionesco, pp. 167-175 - Met prtn.
N.a.v. de opvoering ‘Dat is hier nogal eens een hoerenkot’ (Ce formidable bordel) door het Mechels Miniatuurteater |
|
|
| |
| |
| |
IV. Ideologische praktijk
MAANEN, Hans van
Dramaturgie en ideologie. Een poging om dramatisch in te grijpen in een ideologische praktijk, pp. 179-278
Verslag over voorbereiding en uitvoering van het toneel-politiek experiment ‘Markendaal’, het dramatiseren van ‘een stukje werkelijkheid in die werkelijkheid zelf’ om de ‘politieke mogelijkheden van toneel’ na te gaan |
|
|
| |
Wetenschapsteorie, semiotiek & literatuurwetenschap
(nr. 4Ga naar voetnoot1, 226 + [III]Ga naar voetnoot2 pp.)
Redactie en inl.Ga naar voetnoot3: Luk de Vos, m.m.v. Marc Moens
ADRIAENS, Mark
Homeostase, narrativiteit en subjektswording, pp. 29-38
Voorbeeld van een verhaalstructuur gebaseerd op de principes van het zgn. ‘gesloten sisteem’ (A.J. Greimas) en van het zgn. ‘open sisteem’ (Ch. Lévy-Strauss); over subjektswording volgens J. Lacan |
|
|
|
AGUIRRE, Manuel
A matter of choice, pp. 191-206
Toelichting van de opvatting ‘language is a playsystem where the rules are constantly made up’ en van de consequenties ervan ook voor de kunstenaar |
|
|
|
CONILLE, Jean-Louis
Ode voor een nieuwe semantiek? Créances au chréodes de sens. Het voorbeeld van de kleding: ‘Je n'ai plus de vêtements pour sortir de l'eau’, pp. 217-226
Over de universele semantiek uitgebouwd door Charles Grivel en typering van de ‘traditionele bourgeois-lektuur’ op basis van een semantische analyse van een verhaal, met ‘de universelen die het semantisch weefsel uitmaken van de kledij’ (p. 223) |
|
|
|
DUHAMEL, Roland
Semiotiek en estetiek, pp. 137-157
‘Kunstwerken komen pas tijdens een bewustzijnsproces tot stand ... Hoe beschrijven we zulke bewustzijnsprocessen?’ (p. 137) |
|
|
|
JOOSTENS, Frank
Vormen en aspekten van tekstualiteit, pp. 125-136
Notities over auteur - met verwijzingen naar Derrida's tekstvisie en het probleem ‘tussen mens en schrijver - en over lezer - met verwijzing naar Merlyns close reading, de functionaliteit en fictionaliteit i.v.m. lectuur en tekstanalise |
|
|
|
KRISHNA, Swami Deva
Semiotiek van de niet-verbale kommunikatie (NVK), pp. 59-83
De taal van het lichaam, tekentalen, gedrag van dieren, teater |
|
|
| |
| |
LEFEVERE, André
Neofilologie? pp. 207-216
‘Schets ... van de krachtlijnen die zouden kunnen gevolgd worden bij het beschrijven van een deelgebied van de inventaris van literaire produktiemiddelen, namelijk het genre, en ook nader ingaan op de interaktie tussen verschillende literaire polisistemen, interaktie die ... vooral plaatsvindt door middel van tekstverwerking’ (p. 210), o.a. vertaling; op die manier ook zou men beginnen los te komen uit ‘een flagrant europocentrisme’ (p. 215) |
|
|
|
NEUTJENS, Clem
Het gebruik van geometrische modellen bij de analise van narratieve teksten, pp. 13-27
Het gebruik ervan kan nut hebben, als men er ‘de grenzen en mogelijkheden’ van kent |
|
|
|
PINXTEN, Rik
Semiotics, theory of science and Navajo arts, pp. 85-96
De toepassing van de huidige semantiek op de ‘Navajo sandpaintings’ wijst op de ontoereikendheid van de theorie en de noodzakelijkheid van een reoriëntatie |
|
|
|
RIETDIJK, C.W.
Over literatuur, ideologie en wetenschap, pp. 159-189
Onderzoek naar het verband tussen de geaardheid van de literatuur, de geestes- en maatschappijwetenschappen in onze huidige westerse samenleving enerzijds en de daarin toonaangevende maatschappelijke krachten, ideologieën en levenshoudingen anderzijds; ‘door het aanmoedigen van een principiële skepsis ten aanzien van het objektieve bestaan van waarde en waarheid, van het vermogen van rede en wetenschap en van de mogelijkheid en zin van vooruitgang ... propageren de huidige mens- en maatschappijwetenschappen ... de modieuze literatuur’ (p. 183); over de kunst van het niets zeggen, met voorbeelden o.a. uit Cultureel Supplement - NRC Handelsblad en Vrij Nederland uit 1978 |
|
|
|
VERDAASDONK, Hugo
Over de mogelijke rollen van gevestigde overtuigingen in de literaire teorie: interpretatie als de kontekstafhankelijke groepering van woordmateriaal, pp. 97-123
De oorspronkelijke tekst, Some fallacies about the reading process, verscheen in Poetics 10 (pp. 457-482). Nederlandse vert.: Tony Meesdom |
Kritische beschouwingen bij A.J. Greimas, Sémantique structurale en zijn opvattingen van de tekstuele betekenis m.b.t. het leesproces. Met verslag van een experiment aan het Departement Frans van de Vrije Univ. Amsterdam |
|
|
|
ZIMA, Peter V.
Semiotiek, dialektiek en kritische teorie: inleidende opmerkingen, pp. 39-57
| Nederlandse vertaling van Semiotics, dialectics and critical theory: introductory remarks, door Emiel de Vos & Marc Moens |
1. | Van Goldman tot Greimas, pp. 41-45 |
| Het genetisch structuralisme van Goldman en de structurele semiotiek van A.J. Greimas |
2. | Van Althusser tot Pêcheux, pp. 45-51 |
| L. Althussers ideologiekritiek door M. Pêcheux in een linguistisch kader geplaatst |
| 3. Semiotiek en ‘Kritische Teorie’, pp. 51-57 |
| De latente semiotiek van de Kritische Theorie begonnen door Max Horkheimer en Th.W. Adorno; de nadruk valt evenwel op Oosteuropese theorieën |
|
|
|
-
voetnoot1
- Tevens als boekuitgave: Antwerpen, Restant Uitgaven, 1981
-
voetnoot1
- Voorafgegaan door toelichting van Luk de Vos (p. 121): vergelijking manuscript/uitgave in Verzamelde gedichten (qua inhoud) en opname van de geweerde gedichten (pp. 122-125)
-
voetnoot1
- Ook als boek: Restant-uitgave, Antwerpen, Eugene (Or.)
-
voetnoot2
- Biografische gegevens over enkele medewerkers.
-
voetnoot1
- Het nummer opent met In memoriam Semikenke Muzeyi wa Kazoza (1953-1982), pp. 3-4 door Luk de Vos (Nederlandse en Franse tekst) en Obituary Semikenke ..., p. 5, door Didier L. Goyvaerts; Gegevens over de medewerkers (pp. 7-8)
-
voetnoot3
- De geest-drift van de wetenschap. Een aanzet tot projekt, pp. 9-12
|