| |
| |
| |
Letters
Opgericht in 1976
Redaktie: Paul Hautmans, Ad van Rijsewijk, Peter Schuddeboom
Redactie-adres: Elisadonk 269, Roosendaal
| |
Artikel van de redactie
Aan de lezer, 5, p. 1; 6, p. 1 |
| |
I. Poëzie
HAUTMANS, Paul
[Gedichten]
Als ik aan de oorlog denk waar ik achter sta: ‘Ik schrijf in crisistijd. Wat op me afkomt’ 5, pp. 7-8 |
Met welk been in het graf?: ‘Ik herken mensen’ 6, p. 6 |
Ik heb geen schip om de kust af te zoeken, 6, p. 7 |
Tijdgenoten: ‘Ik geloof in geen dichter’ 6, pp. 8-9 |
De dwaze vrouwen van de Plazo de Mayo: ‘Vanacht lig ik wakker’ 6, p. 10 |
|
|
Leonard Kora, [Gedichten]. Vert.: P. Hautmans, 6, pp. 26-31
Die lokasi-bewoner - De ghetto-bewoner, pp. 26-27 |
Die grens - De grens, pp. 28-29 |
Strookie van een pen - Pennestreek, pp. 40-31 |
|
|
|
RIJSEWIJK, Ad van
[Gedichten]
Nazi-koncentratiekamp Auschwitz: ‘hier bestaat geen kijken in de verte’ 5, p. 9 |
In 't donker van Z.-Afrika: ‘de mooiste muziek vult’ 5, pp. 11-12 |
Droom of zoiets: ‘en dan droom ik 's nachts 5, p: 13 |
Berlijn: ‘De stad van de doodlopende straten’ 6, p. 41 |
Nato en weet-ik-veel-wat voor partners: ‘Alles ligt in de lijn der verwachtingen’ 6, pp. 42-43 |
|
|
[Vertaalde gedichten]
Erik Stinus, Den ny verden. Uit: Til plovskaer - De nieuwe wereld, 5, pp. 29-33 |
Wislawa Szymborska, [Gedichten], 5 |
Dwie małpy Bruegla. Uit: Wolanie do Yeti - De twee apen van Bruegel, pp. 34-43 |
|
|
| |
| |
Wszelki wypadek. Uit: Wszelki wypadek - In elk geval, pp. 36-37 |
Zycie na pocezekaniu. Uit: Wielka Liczba - Een leven voor de vuist weg, pp. 38-41 |
Wietnam. Uit: Poezje - Vietnam, pp. 42-43 |
Volker Braun, Statut meiner Dauer - Statuut van mijn duur, 6, pp. 2-5 |
Jerzi Hordyński, Tryptik jesienny - Herfsttriptiek, 6, pp. 22-25 |
|
|
|
SCHUDDEBOOM, Peter
[Gedichten], 5, pp. 14-21
Het leven van de mensen is het leven niet: ‘Geen zin meer om de klok op te winden’ p. 14 |
Als er iets te kiezen valt: ‘In het leven moet je kiezen uit het een of het ander’ p. 15 |
Notities van het leven gemaakt beleefd opgeschreven de dichters bundel dik: ‘Ik moet het opschrijven’ pp. 16-17 |
Aanval: ‘Lees van papier letters tot woorden’ p. 18 |
Wonen als hier: ‘Huiskamers vragen guldens per maand’ p. 19 |
Op graf van licht: ‘De plaats waar ik woon’ pp. 20-21 |
|
|
[Gedichten], 6
Ik heb het ook beleefd al eens bedacht: ‘Van me vandaan staat de onrealistische schrijfmachine’ pp. 13-14 |
Weg hier: ‘Het is regen’, p. 15 |
Wil ik zo doen tegen elke dag: ‘De ochtend is als de nacht hier’ p. 16 |
De toekomst worden: ‘Toen de letters weer op papier’ p. 17 |
Van de revolvers en van de tv: ‘Het is als op zee’ p. 18 |
Hans van der Dennen, Akademisch Ziekenhuis Groningen, Afd. Beademingscentrum, 18/5/1978: ‘Ze hebben ons te pakken gekregen’ p. 19 |
Een stevig huis verwoest, want je handen waren thuis: ‘Ik heb er geen antwoord op’ pp. 20-21 |
|
|
| |
II. Proza
RIJSEWIJK, Ad van
Rainer Francke, De macht der gewoonte. Vert.: Ad van Rijsewijk, 5, 2-6 |
Poging tot berichten, 6, pp. 32-40 |
|
|
-
voetnoot1
- Met gegevens over de medewerkers achterin elk nummer
-
voetnoot2
- Met een illustratie door Konrad Kortowski, p. 11
|