| |
| |
| |
Letters
Voortzetting van Intertuur
Opgericht in 1976
Redaktie: Paul Hautmans, Ad van Rijsewijk, Peter Schuddeboom Redaktieadres: Elisadonk 269, RoosendaalGa naar voetnoot1
Jgr. I, |
nr. 2: |
juni 1976, [51] pp. |
|
nr. 3: |
januari 1977, [54] pp. |
|
nr. 4: |
augustus 1977, [48] pp. |
| |
Artikels van de redactie
Lezer, 1976, 2, p. 1
‘Het is ook voor de poëzie de hoogste tijd om kleur te bekennen nu de machthebbers zich opmaken voor de laatste en beslissende ronde’ |
|
|
Lezer, 1977, 3, p. 1
[Wij zijn van oordeel] ‘dat wijzelf aan de onderdrukking een einde moeten maken. Vanuit dat standpunt hebben wij kontakten met mensen waar mee wij ons literair en politiek verwant voelen’ |
|
|
Lezer, 1977, 4, p. 1
‘We houden ons op de been bij het staren in stille straten, waar massa's auto's wachten op een nieuwe aanpak’ |
|
| |
I. Poëzie
BIELEVELD, Willy & HAUTMANS, Paul
Peter Hille, [Gedichten]. Vert.: W. Bieleveld en P. Hautmans, 1977, 3, pp. 18-21
Hymnus an die Dummheit - Hymne aan de domheid, pp. 18-19 |
Tamerlan - Tamerlan, pp. 20-21 |
|
|
|
HAUTMANS, Paul
[Gedichten], 1976, 2, pp. 5-9
Toestand waarin ik schrijf, p. 5 |
‘Het wordt langzamerhand zo afgezaagd’ |
Gedicht dat ik nog hoop te schrijven, pp. 7-9 |
‘Weet je, het gebeurde op een dag’ |
|
|
[Gedichten], 1977, 3, pp. 11-13
Op afstand gen huis, p. 11 |
‘Als een dode hebben ze mij in deze wand geschoven’ |
Nacht in november, p. 13 |
‘Wat is het vreemd in de nacht op te breken’ |
|
|
| |
| |
[Gedichten], 1977, 4, pp. 13-17
Standvogel in een vervroegd voorjaar, pp. 13-14 |
‘Ik nader de grens van dit land’ |
Voor een vriend die vertrokken is, p. 15 |
‘Ze waren verwarmd, je langzame dood’ |
Anders blijft er niets over om nog angst voor te hebben, p. 16 |
‘Laat me, de nacht breng ik buiten door’ |
Ongehoord het zwijgen, p. 17 |
‘Nacht van geen geluid’ |
|
|
|
PORTUGEES INFORMATIE CENTRUM ('s-Hertogenbosch)
Madalena Bento Cruz, [Gedichten]. Vert., 1977, 3, pp. 2-9
A guerrilha III - De guerilla III, pp. 2-3 |
Dedigatoria - Opdracht, pp. 4-5 |
A guerra justa I - De juiste oorlog, pp. 6-9 |
Texto V; VI - Tekst V; VI |
|
|
Antonio Roche Pastor, [Gedichten]. Vert., 1977, 4, pp. 24-27 |
|
|
RIJSEWIJK, Ad van
Erik Stinus, [Gedichten]. Uit: Pol og orkenord. Vert.: Ad van Rijsewijk, 1976, 2, p. 3
Dat er licht blijft; Over de vlakte |
|
|
Eduardo Merino, [Gedichten]. Vert.: Ad van Rijsewijk; 1976, 2, p. 39; p. 41
Vittoria - maart 1976; Nachtelijk gesprek |
|
|
[Gedichten], 1976, 2, pp. 43-47
‘wij zijn er’ p. 43 |
‘het is gebeurd’ p. 45 |
Wedergeboorte: ‘jaren geleden’ p. 45 |
Chroniese avond: ‘gebrandmerkt verdrag’ p. 47 |
|
|
Krzystof Paczuski, [Gedichten]. Vert.: Ad van Rijsewijk, 1977, 3, pp. 34-39
Radar - Radar; Do trupa - Aan een lijk, pp. 34-35; pp. 36-37 |
Rzecz o dumie, albo duma o rzeczy/do rzeczy - Een zaak van trots, of Ballade der dingen/ter zake, pp. 38-39 |
|
|
[Gedichten], 1977, 3, pp. 41-47
Op straat: ‘op straat spelen dingen af’ p. 41 |
Ik wens je 't beste: ‘in je zevenmijlslaarzen’ pp. 43-45 |
De gouden herfst, p. 47 |
|
|
Volker Braun, [Gedichten]. Vert.: Ad van Rijsewijk, 1977, 4, pp. 2-9
Das Eigentliche - Het eigenlijke, pp. 2-3 |
Meine Damen und Herrn - Dames en Heren, pp. 4-5 |
Elendsquartier - Achterbuurt, pp. 6-7 |
Fragen eines Arbeiters während der Revolution - Vragen van een arbeider tijdens de revolutie, pp. 8-9 |
|
|
Jerzy Hordynski, Tryptyk Holenderski - Hollandse triptiek. Vert.: Ad van Rijsewijk, 1977, 4, pp. 20-23 |
|
| |
| |
[Gedichten], 1977, 4, pp. 34-35
Voor de kinderen Agnieszka en Marcin: ‘reizen jullie met mij mee’ p. 34 |
Zomaar een paar woorden: ‘achter 't prikkeldraad’ p. 35 |
|
|
|
SCHUDDEBOOM, Peter
[Gedichten], 1976, 2, pp. 13-25
Ja ik weet het: ‘we stikken in onze eenzaamheid’ p. 13 |
Vervolg: ‘de laatste trein komt daar vandaan’ p. 15 |
Dit verlangen: ‘kom je er wel achter dat je iets mist’ p. 15 |
Lopen: ‘toen de hoek van het huis voorbijgelopen’ p. 17 |
Stilzitters lot (van god) voor de welzijnswerken: ‘Moeilijk voor mij in mijn situatie’ pp. 19-25 |
|
|
[Gedichten], 1977, 3, pp. 49-54
Help licht op zicht: ‘Aan de tafel op zolder onder de kerk’ pp. 49-51 |
Wat ons toekomt, wat is onze toekomst: ‘Ik kijk uit het raam van mijn leven’ pp. 53-55 |
|
|
[Gedichten], 1977, 4, pp. 39-47
Jongen mijn geloof: ‘Praten leer je wel’ p. 39 |
De weg van notities: ‘Als ik me dus vergist heb’ pp. 40-41 |
Levensloop van onbekend formaat: ‘Dertien jaar school, twaalf jaar werk’ pp. 42-43 |
Gedicht zonder titel maar op het thema van een herinnering aan: een kwartiertje mee oplopen met een vriend richting huis: ‘Zullen gemeentebedrijven er mee zitten’ pp. 44-45 |
Situaties met horlogehand: ‘Als de tanden uit mijn mond groeien’ pp. 46-47 |
|
|
| |
II. Proza
BIELEVELD, Willy & HAUTMANS, Paul
Peter Hille, Nul en cijfers. Vert.: W. Bieleveld en P. Hautmans, 1977, 3, pp. 23-27 |
|
|
HAUTMANS, Paul
Peter Hille, Ten onder gaande wijsheid. Vert.: P. Hautmans, 1977, 4, pp. 18-19 |
|
|
KROSNO, A.
|
|
RIJSEWIJK, Ad van
De geboorte, 1977, 4, pp. 28-33 |
|
| |
| |
| |
IV. Kritische bijdragen
BIELEVELD, Willy
Peter Hille, 1977, 3, pp. 15-17 - Zie: Poëzie en Proza |
|
|
RIJSEWIJK, Ad van
Het theater in Polen (deel 2)Ga naar voetnoot1. Het Visueel Theater ‘KUL’ uit Lublin, 1976, 2, pp. 27-31 - Met ill.
Over de periode 1969 tot heden, die men ‘met recht de periode van “Leszek Madzik” zou kunnen noemen’ (p. 2) |
|
|
| |
V. Illustratie
Mirostawa, Janda, 1977, 4, p. 10, 37 |
Religa, Ursula, 1976, 2, p. 10 |
|
-
voetnoot1
- Redaktieadres van nr. 2: Tollensflat 31, Roosendaal
-
voetnoot1
- Voor aflevering 1, zie tijdschrift: Intertuur
-
voetnoot1
- Voor Deel 1, zie tijdschrift: Intertuur
|