Uit het hart!
(1874)–Gentil Antheunis– Auteursrechtvrij
[pagina 150]
| |
[pagina 151]
| |
Het klonk zoo lief in haren mond,
Zoo heimlijk zacht en schoon.
O moederzorg! o moederlied!
Mijn hart vergeet u niet.
Ik ken een lied dat 't hart bekoort,
Een lied vol melodij;
Ik heb het in mijn jeugd gehoord -
Die tijd is lang voorbij.
Zij zong het ook de blonde maagd,
Die eens mijn liefde won;
't Was in het veld, langs groen en loof,
Bij lentelucht en zon.
O jeugd en liefde, o rozeblaân!
Hoe snel verwelkt, vergaan.
Ik ken een lied van zoete min,
Een lied vol melodij;
Men zong het in mijn huisgezin -
Die tijd is lang voorbij!
| |
[pagina 152]
| |
Nu zingt het niemand, niemand meer
Den ouden armen man;
Geen vrouw kust mij de tranen af
Die 'k niet weerhouden kan;
Geen kind zingt 't liedje van voorheên....
'k Ben oud en gansch alleen.
|
|