Die Rose van Heinric van Aken
(1976)–Hein van Aken– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina V]
| |
Inleiding.Onder de populairste gewrochten der middeneeuwsche fransche letterkunde behoorde ongetwijfeld de Roman de la Rose. Geen sprekender getuigenis is daarvan dan het verbazend groot aantal handschriften, dat er van is bewaard gebleven: geen middeneeuwsch gedicht kan er zoo veel aanwijzen.Ga naar voetnoot1 Na eene populariteit van eenige eeuwen werd eindelijk de Rose vergeten, maar nog steeds genoemd als de volmaakte uitdrukking van den geest der middeleeuwen, als het gewrocht dat een helderen blik in het leven en weven dier dagen deed slaan.Ga naar voetnoot2 't Ging met de Rose in Frankrijk als tot voor een dertigtal jaren ten onzent met eenen naam, die de geheele middeneeuwsche letterkunde scheen te vertegenwoordigen, en tegelijk haar plotseling ontstaan, haar hoogsten bloei, zoo daarvan althans sprake kon zijn, maar ook tevens haar onmiddelijk verdwijnen in het niet uitdrukte. 't Was de naam van Jacob van Maerlant, die vader
Der Dietscher dichtren algader,
niet veel meer ook dan een naam, dien men kende, zonder zich een helder denkbeeld van den aard en den geest zijner werken te geven. ‘Le nom du Roman de la Rose,’ zegt een bekende smaakvolle criticus,Ga naar voetnoot3 ‘est arrivé jusqu'à nous escorté d'une vague renommée dont ses proportions formidables et le discrédit où est justement tombée la poésie allégorique ont empêché d'examiner le fondement; on l'a souvent cité comme la début de la poésie française au moyen-âge, erreur qui a été judicieusement réfutée. Au lieu de marquer l'origine de cette littérature, on peut dire qu'il en est la fleur et la fin.’ Doch is de Roman de la Rose bij velen thans niet meer dan bij naam bekend, dit was niet het geval in de eerste drie eeuwen na zijn ontstaan, getuige het groot aantal der handschriften, getuige de gemodernizeerde bewerking van Clément Marot, die nog in 1526 het voor zijne tijdgenooten niet meer geheel verstaanbaar gedicht eene verjongingskuur deed ondergaan, en het andermaal eene groote populariteit verschafte. De Roman de la Rose werd voor Frankrijk wat vader Cats ten onzent | |
[pagina VI]
| |
was,Ga naar voetnoot1 en verschillende kostbare uitgaven in de eerste helft der XVIe eeuw zijn daar om van den verbazenden opgang te getuigen van een werk, waarvan de wulpsche dartelheid, maar ook de esprit frondeur voor edelman en burger nog menige aantrekkelijkheid aanbood.Ga naar voetnoot2 Het moge thans vreemd schijnen dat een werk van zoo langen adem, dat meer dan 20000 verzen bevatte, zoo groote beroemdheid heeft gekregen en door tijdgenoot en nakomeling werd verslonden niet alleen, maar ook geduchte bestrijder heeft gevonden, en dat een man als Jean Gerson, kanselier der Universiteit van Parijs, eene vrouw als de eerzame Christine de Pisan met allen ernst tegen den geest en de strekking dezer nieuwe Ars Amandi deed te velde trekken.Ga naar voetnoot3 De reden van de verbazende populariteit die het genoot, zoowel als van den heftigen tegen stand, welken het ondervond, is allezins verklaarbaar. Het cynisme dat in dezen liefdecodex wordt gepredikt, de losbandige toon die er in heerscht, de brutale zinnelijkheid, die er in ten troon wordt geheven, maakten het een aanlokkende lectuur voor de jeunesse dorée dier dagen, die van niets anders droomde dan het leven te genieten en den beker der zinnelijkheid ten bodem toe te ledigen. De heftige aanvallen tegen den geestelijken stand, inzonderheid tegen de steeds aangroeiende macht der bedelorden, gaven het voor menigeen groote aantrekkelijkheid, zoodat men den bolster der lichtzinnigheid wegwierp om de kern to genieten. Voor een ander waren het weder de revolutionnaire denkbeelden op godsdienstig en politiek gebied, die het de grootste verdienste verleenden; de verbazende belezenheid en geleerdheid, ten toon gespreid bij de gewaagde stellingen, die in het schijnbaar frivole boek werden ontvouwd en verdedigd.Ga naar voetnoot4 Doch buiten en behalve deze redenen was er nog eene andere, waaraan de Roman de la Rose bovenal in Frankrijk zijn grooten opgang te danken had. Het was de uitdrukking van den ‘goût français,’ dien wij niet beter dan door de Sismondi kunnen doen schetsen:Ga naar voetnoot5 ‘L'allégorie satisfait en même temps, et le goût national de conter, et le goût plus national encore de mettre de l'esprit, du raisonnement, et un but moral dans toute poésie. Les Français sont, entre les peuples, le seul qui, en poésie, demande le pourquoi de chaque chose; de tous les peuples, ils sont peut-être encore ceux qui savent le mieux marcher à leur but: aussi veulent-ils toujours en avoir un, tandis que les autres regardent comme de l'essence des beaux-arts de ne se proposer aucune chose, de s'abandonner à un essor intérieur et irréfléchi, et de chercher la poésie dans la seule inspiration.’ Doch niet alleen de allegorische vorm, waarin door Guillaume de Lorris en vooral door Jean de Meung het zonderling amalgama was gegoten, ook de stijl is het waardoor de Rose den franschen smaak streelde. ‘Conter nettement, clairement, avec une certaine naïveté, de la précision dans l'expression, de l'élégance, et un mélange d'idées spirituelles, paraissait dès-lors aux Français tenir à l'essence de la poésie; et encore aujourd'hui, ils considèrent comme poétiques des ouvrages où toutes les autres nations s'accordent à ne voir que de la prose rimée. Le roman de la Rose et toutes ses nombreuses imitations sont dans ce cas: le langage n'en est nullement figuré; il ne met rien sous les jeux; il ne part point de l'âme, et ne l'ébranlé point; et si l'on rompt la mesure des vers, il sera impossible d'y reconnaître de la poésie.’Ga naar voetnoot6 |
|