Zwervers verzen(1904)–C.S. Adama van Scheltema– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 14] [p. 14] V. Heimwee. Moeder toen 'k lang geleden nog ‘uw jongen,’ Uw blijde eerstling was, en nauw geboren, Had ik u eens voor éénen dag verloren - En 't eerste leed was om mijn hals gesprongen. Toen - weer terug - heb ik mijn hoofd gedrongen Aan uw warm hart, gefluisterd aan uw ooren, Om weer uw zoete moederwoord te hooren - Toen hebt gij mij zachtjes in slaap gezongen. Moeder ik ben alleen in verre landen! Ik kan niet meer in uwe oogen lezen, Ik kan niet schreien in uw milde handen - O! mocht ik ééns nog aan uw schoot genezen! - Nog éénmaal toeven bij die trouwe wanden - Moeder! nog ééns uw ‘arme jongen’ wezen! Vorige Volgende