Zingende stemmen(1916)–C.S. Adama van Scheltema– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 44] [p. 44] Vluchtende Ontroering Verloren in de' avond, Weg van mij, Vlucht een ontroering, Voorbij - voorbij. Was het 't lieflijke Van een gezicht? Alleen de weerschijn Van 't avondlicht? Was 't de gedachte aan Iets liefs van weleer? Of een verwachting -? Ik weet niet meer. Een vogel nam het Mede op zijn vlucht En droeg het ver heen In de avondlucht. Een dood blad nam het Op zijn stille vaart En droeg het neder In 't stof van de aard. [pagina 45] [p. 45] Als vogels en blâren Gaat alle lieflijks heen - Zij laten ons peinzend Leeg en alleen. Vorige Volgende