Gedichten. Deel 3a. Apparaat

[474] ‘Ik kan alleen woorden ontmoeten, u niet meer’

Overlevering

M^1	Typoscript, oorspronkelijk collectie J.Th. Stakenburg, H-16.
M^2	Manuscript, collectie J. Vermeulen, H-20,vii.
D^1	Limiet, p. 22.
M^3	Manuscript, kopij D^2, collectie S. van den Berg, H-53.
D^2	Woord.
P^1	Eerste proef D^3, H-88.
P^2	Tweede proef D^3, H-89.
D^3	Cryptogamen iii, p. 52.
M^4	Kopij D^4, H-122.
D^4	Verzamelde gedichten, p. 409.

Datering

Vóór 1942

Leestekst

M¹

Varianten en correcties

Titel	[ontbreekt] > Woord D^1-D^4
3	gelooven > gelooven, D^1, P^1-D^4
4	zooals > zoals M^2

[p. 336]

Commentaar

^1	Zie [427] ‘Nachtwind en ritseling’, noot 1.
^2	Zie [436] ‘Nu gij u weer verbindt’, noot 2.
^3	Op 14 november 1950 vroeg Siep van de Berg aan Achterberg of hij dit gedicht als rijmprent uit mocht geven. ‘Als U dit goedkeurt wil U mij dan dit vers in handschrift doen toekomen zoodat ik met event. verandering op de hoogte ben.’ In zijn antwoord op dit verzoek (d.d. 15 november 1950) heeft Achterberg M^3 gestuurd. De rijmprent (D^2) verscheen kort daarna in een oplage van dertig exemplaren. Zie verder § 36.4.
^4	Literatuur over het gedicht: Reijmerink, J., ‘Gedicht geopend. Gerrit Achterberg: een “noot” in beeld.’