| |
[426] Wandeling
Overlevering
T |
Criterium 2 (december 1941), p. 716. |
D1 |
Sintels, p. 11. |
| |
| |
P1 |
Eerste proef D2, H-57. |
P2 |
Tweede proef D2, H-58. |
D2 |
Oude cryptogamen, p. 115. |
M |
Kopij D3, H-122. |
D3 |
Verzamelde gedichten, p. 356. |
| |
Datering
Vóór 8 november 1941
| |
| |
Varianten en correcties
Opdracht/ondertitel (voor Eddy) > (met Eddy) D1 > [ontbreekt] P1-D3 |
|
8 |
niet, > niet D1-D3 |
12 |
vreemde, > vele, D1-D3 |
| |
Commentaar
1 | Zie [421] ‘Schaatsenrijder’, noot 1. |
2 | Volgens Evert Peet heeft Achterberg later aan Jan Vermeulen verteld dat hij tijdens een wandeling met Ed. Hoornik (vgl. de opdracht/ondertitel in T en D1) gesproken had over ‘de gebeurtenissen in 1937’ (E. Peet, ‘Sintels, een onderzoek van motieven’, p. 12). |
3 | Dit gedicht staat vermeld in de inhoudsopgave van de geplande bundel Balans (zie § 14.1). Vervolgens heeft Achterberg het gedicht ondergebracht in Sintels (zie § 20). Blijkbaar was Jan Vermeulen hiervan niet op de hoogte toen hij aan de samenstelling van Morendo begon, want uit zijn aantekeningen blijkt dat hij later nog heeft overwogen het gedicht in die bundel op te nemen (zie § 21.2.1). |
4 | Literatuur over het gedicht:
Kusters, W., ‘Met mij in het moeras.’ |
Zickhardt, K., ‘Kortsluitingen.’ |
|
|
|