Gedichten. Deel 3a. Apparaat

[105] ‘Soms als de weg het wil zijn wij’

Overlevering

M^1	Manuscript, kopij D^1, H-1.
P^1	Proef D^1, H-2.
D^1	Afvaart, p. 41.
P^2	Eerste proef D^2, H-57.
P^3	Tweede proef D^2, H-58.
D^2	Oude cryptogamen, p. 33.
M^2	Typoscript, kopij D^3, H-122.
D^3	Verzamelde gedichten, p. 49.

Datering

Waarschijnlijk eerste helft 1930

Leestekst

M¹

Varianten en correcties

M¹ a zw inkt, b potlood

Titel	M^1	a	[ontbreekt]
		b	De wil der wegen
	P^1-D^3		|	|

3	M^1-D^2		geheim komt		weder voor mij	vrij,
	M^2-D^3		|	|	onveranderd	|	|

5	M^1-D^2		alsof	geen element bestond
	M^2-D^3		of er	|	|

7	M^1-D^2		tot		aan		dit breukeloos		bevrijden
	M^2-D^3		|	|	op	|		|	behoud
			M^1-D^2, r. 10-13:

10

M^1-D^2

voltrok komt dit uw overdeel

[p. 65]

11

M^1-D^2

bevrijdt van ruimte en van tijd

12

M^1-D^2

en maakt den wil

13	M^1-D^2	brandend tot leven en tot dood.
		[Hier eindigen M^1-D^2]
		M^2-D^3, r. (10)-(12):

(10)

M^2-D^3

voltrok hervindt het mij geheel

(11)

M^2-D^3

waar ik de ruimte met u deel

(12)	M^2-D^3	en heel de tijd wordt ingelost.
		[Hier eindigen M^2-D^3]

Commentaar

^1	Zie [104] ‘Dit is het blinkend loopen’, noot 1.
^2	In de kopij voor D^3 is de bladzijde waarop dit gedicht staat (uit D^2) door Daisy Wolthers doorgehaald en vervangen door een typoscript met de nieuwe versie (M^2). Van M^2 is een identieke doorslag overgeleverd, die hier verder buiten beschouwing blijft.