Afvaart(1931)–Gerrit Achterberg– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 24] [p. 24] Het Gericht De klok regeert de kamer, monotone wetten murmelen in den avond, niemand kan zijn regelen verzetten, niemand wordt hier doorgelaten. Vandaag ben ik beschuldigd, van avond lig ik voor 't gericht. Stilte in de zalen, alleen het ademhalen van de kast, een moeder die mij ziet. Wind en regen buiten pleiten en verdedigen, wind en regen buiten pleiten en omsluiten den rechter met hun redenen. Rinkelend verschrikken minuten, minuten; uren hijgen voort en vier muren klagen om een enkel woord van vergeven vóór den morgen, om een antwoord van vergeven, om een antwoord vóór den morgen. Vorige Volgende