De zangvogeltjes. Deel 3(ca. 1890)–Franz Abt– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende 9. Mijn vaderland. Matig snel. 1. Trou - we lief - de, trou - we lief - de, trou - we lief - de, wat moog wan - ken, Zweer ik u met hart en 2. Niet in woor-den, niet in woor-den, niet in woor-den, niet in zan - gen, Zal mijn dankbaarheid be- 3. Smaakt gij voorspoed, smaakt gij voorspoed, smaakt gij voorspoed, deelt ge in ram - pen, 'k Roep het vriend en vij-and [pagina 14] [p. 14] hand; Zweer ik u met hart en hand; U, wien 'k al-les heb te dan - ken, U, wien 'k al-les heb te dan - ken, O ge - ze - gend Va-der-land! O ge - ze-gend Vaderland! staan; Zal mijn dank-baar-heid be-staan, Maar mijn daden zult ge ontvan - gen, Maar mijn daden zult ge ontvangen, Grimt u nood of on-heil aan! Grimt u nood of onheil aan! toe, 'k Roep het vriend en vij - and toe, Dat ik onder vreugd of kam - pen. Dat ik ondervreugd of kampen, Mijn ge - lof - te hul-de doe! Mijn ge - lof - te hul-de doe! Vorige Volgende