De zangvogeltjes. Deel 2(ca. 1890)–Franz Abt– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende 14. Goeden nacht. Langzaam. H.G. Nägeli. 1. Goeden nacht, goeden nacht! Is het dagwerk wel vol- bracht? {Hij, die ijv - rig was in 't werken,} {Voelt zich door den slaap ver - sterken,} En ontwaakt met fris - sche kracht. } Goeden }Goeden nacht, goeden nacht, goe - den nacht! 2. Goeden nacht, goeden nacht! Is de Christenplicht be- tracht? {Hij, die vroom en rein wil leven,} {Moet den naasten 't voorbeeld geven,} Luistren naar hun beê en klacht.}Goeden }Goeden nacht, goeden nacht, goe - den nacht! 3. Goeden nacht, goeden nacht! Is aan 't heil der ziel ge- dacht? {Hij, die vu - rig heeft ge - beden,} {En zijn zon - den-lust be - streden,} Wordt beschermd door 's He - mels macht. } Goeden [pagina 10] [p. 10] nacht, goeden nacht, goe - den nacht! w.w. Vorige Volgende