Gedichten(1947)–Bertus Aafjes– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 159] [p. 159] Als in de vroege voorjaarsnachten Als in de vroege voorjaarsnachten Nog laat de dwaze merel fluit: Tot niets dan poëzie bij machte Stort hij zijn ziel in fuga's uit, Want aan de witte berkeboomen Heeft zich het eerste groen gezet; - Dan gaan ook wij teloor in droomen, Dan zoekt de ziel haar bruiloftsbed. En toch, van alle gouden reizen Keert men terug, arm en ontdaan; Het nieuwste van de paradijzen Blijkt morgen weer de jongste waan; Geschud, bespeeld door alle winden, Een voorjaarsberk gelijkt ons lot, En daar is nimmer rust te vinden Totdat gij rust, o hart, in God. Vorige Volgende