Nieuw biographisch, anthologisch en critisch woordenboek van Nederlandsche dichters. Deel 3
(1846)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 79]
| |
naar Brielle vertrok, in 1656 werd hij beroepen naar Rotterdam, waar hij in 1684 stierf. Hoewel meer beroemd als Godgeleerde, verwierf hij toch ook eenigen naam als dichter door zijne Huysgezangen, Ga naar voetnoot1 en andere liederen, waarmede zijne godgeleerde werken doorspekt zijn en welke hij vóór die van andere deed plaatsen. Ook bestaat er van zijne hand een in der tijd veel gerucht gemaakt hebbend: Priesterlijk Bruilofts Bedde, Geheiligt door nuttige gedagten en alzoo bereid voor den Eerwaardigen, Godtzaligen zeer geleerden Do Carolus Ursinus, Predikant in Helvoetsluis, en de Eerbare Deugt- en Zegenrijke Juffrouw Clara Bontius, 't samen getreden in den Echten staat op den 26 November 1658, in Leyden, waarin hij alles wat bij een huwelijk voorvalt vergeestelijkt. |
|