Nieuw biographisch, anthologisch en critisch woordenboek van Nederlandsche dichters. Deel 3
(1846)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij[Mr. Adriaen Paets]Paets (Mr. Adriaen), geboren in 1630, Raad en Vroedschap der stad Rotterdam en Bewindhebber der Oostindische Maatschappij, maakte zich reeds vroegtijdig als geleerde beroemd, en was ook spreker bij de Godsdienstoefeningen der Collegianten, van daar zijne vriendschappelijke betrekking met Joachim Oudaen, in wiens levensberigt Ga naar voetnoot1 van hem gezegd wordt, dat hij, in 1667, bij het sluiten van den vrede te Breda, tusschen de Staten en Engeland, een gedicht uitgaf met den titel van Vrede en Vrijheid, hetwelk aldaar zenuwagtig en doordringend genoemd wordt, en Oudaen aanspoorde tot het opstellen van een krachtig stuk: de Vrijheit op den troon gevestigt. Behalve een gedicht, in den Bloemkrans van verscheiden Gedichten opgenomen, en genoemd: Verloste | |
[pagina 28]
| |
Frederik, dat den dichter kenmerkt, maar voor geen uittreksel vatbaar is, kwam ons niets van hem ter hand. Johannes Brandt vereerde zijne uitvaart, in 1685, met eenen Lijkzang, en Kaspar Brandt deed dit met een Grafschrift. Zijne staatkundige loopbaan, ook als Gezant naar Spanje, in 1672, wordt door Scheltema geschetst Ga naar voetnoot1. J.C.K. |