[Hendrik van der Mark]
Mark (Hendrik van der), die in het begin der achttiende eeuw leefde, leverde bijdragen in eene verzameling van Boertige en ernstige minnezangen, nevens eenige puntdichten, die door Kornelis Zweerts uitgegeven zijn. Tot een proefje deelen wij het volgende mede:
Lief, gy zyt voor myn rust gebooren;
Myn andre ziel! myn uitverkooren,
Toon aan my eens uw' wedermin!
Of anders moet ik, door een vuur, verbranden,
Een vuur, dat Pafos koningin
Door u, ontstak. Myne Engelin,
Gy sloegt myn hert, gy sloegt myn hert en ziel in banden.
Als ik u, slegts in myn gedagten,
Omhelz', dan schyne ik te versmagten;
In het zoet, dat ik nu in schyn
Alleen geniete. Ach kon! ach kon het weezen
Dat ik, die om u zugte en kwyn,
Door u verlost wierd, van myn pyn,
Uw mond alleen! uw mond alleen kan my geneezen!
Word de kei, door den drop, verbrooken,
En zoude ik niet, door zagtheid, stooken
In uw hert, 't vuur dat in my brand.
Gy hebt een aard als die van andre menschen,
Geraakte ik eens uw ingewand
Dan hadde ik u al overmand,
Geef my uw hert, geef my uw hert, dit is myn wenssen.