[Ditmar van Wijnbergen]
WIJNBERGEN (Ditmar van), heer van Horssen, tot de beide Pollen en Beukelo, broeder van den vorige, trad in krijgsdienst, werd luitenant kolonel van een Geldersch regement en voerde in 1672 het bevel te Rees, toen deze stad door de Franschen werd belegerd. De gedeputeerden te velde, die bij het aanrukken van den vijand de stad verlieten, hadden hem meerdere versterking toegezegd, die hij echter niet bekwam. Hij verdedigde haar moedig, totdat men buiten zijn toestemming een verdrag sloot, dat de stad in handen des vijands leverde. In hetzelfde jaar hielp hij Naarden winnen, en kweet zich dapperlijk in 1690 in den slag bij Fleurus, waar hij het bevel voerde over een brigade infanterie. Twee jaren later voerde hij als generaal-majoor het bevel over de Staatsche troepen te Namen en voor de bezetting van het fort William.
Ofschoon 80 jaren oud en uitgeput van vermoeijenissen liet hij zich in een der bressen dragen, om dáár met den degen in de vuist zijne laatste krachten ter verdediging te beproeven, dit was de eenige voorwaarde, onder welke hij aan het verdrag zijn stem wilde geven. De overwinnaar eerbiedigde de heldhaftigheid van den grijsaard en een afzonderlijke bepaling vergunde hem om zich bij zijne wapenbroeders op het kasteel te vervoegen. Nadat het fort William in handen der Franschen was, hield het kasteel van 23-30 Junij de belegering uit, waarna de bezetting een vrijen aftogt verkreeg met alle krijgseer.
In 1669 huwde hij Anna van Appelthorn.
Zie Kok; Verwoert; Kobus en de Rivecourt.