[Mr. Johan de Witt]
WITT (mr. Johan de), oudste zoon van Johan de Witt Johansz. en van Balia Stokmans Johans dochter, werd den 5den October 1618 te Dordrecht geboren, studeerde te Leiden en werd reeds vroeg in de regering zijner geboorteplaats geroepen. In 1647, 1648 was hij raad, schepen in 1649, 1650, 1657, veertig in 1662, gecommitteerde ten beleide in 1672, meermalen gecommitteerd te vergadering van de staten van Holland en West-Vriesland, gecommitteerde raad van de staten van Holland 1660, 1661, 1662, alsmede ter vergadering der staten-generaal 1664, 1665, 1666. In 1665, werd hij extra-ordinaris gedeputeerd aan den keurvorst van Brandenburg, vervolgens ambassadeur extra-ordinaris aan den koning van Denemarken, Noorwegen enz., in 1670 aan den koning van Polen. Na dien tijd werd hij tot geen staatsbedieningen meer geroepen. Hij huwde 5 Dec. 1660 Petrönella Gisberta van Wouw, dochter van Bartholomeus van Wouw, ridder van de koninklijke orde van Frankrijk, die 13 dagen na haren trouwdag stierf, en den 9den October 1667 Catharina, dochter van Herbert van Beaumont; secretaris en charterbewaarder van Holland en West-Vriesland. Hij overleed den 27sten October 1676, een zoon en een dochter nalatende.
Men houdt hem voor den schrijver van het Public gebedt. 's Hage 1707, 3 dn. (2e dr.)
Zie Balen, bl. 1310; Scheltema, Staatk. Nederl.; P. Paulus, Verkl. v.d. Unie van Utrecht, D. I. Voorr. bl. IX. Inl. bl. 76;