geweest, werd hij den 14 November 1798 weder opgeroepen om met 16 andere regtsgeleerden uit geheel Nederland een burgerlijk en strafwetboek voor de Bataafsche republiek te ontwerpen. Hij arbeidde met ijver aan deze taak schoon zonder gevolg, wijl later een wetboek, meer op den leest van het Fransche regt geschoeid, is ingevoerd. Ook vervolgens zag Wierdsma zich dikwijls in de gelegenheid gesteld hulp en raad te geven en bepaaldelijk deed hij dit als lid eener door het staatsbewind benoemde commissie, om, ingevolge art. 63 van de nieuwe staatsregeling voor het Bataafsche volk van 1801 een ontwerp in te dienen van den voet en de inrigting van het bestuur van dit departement, hetgeen tengevolge had dat hij den 21sten Junij 1802 benoemd werd tot secretaris van dit nieuwe departementaal bestuur van Friesland.
In 1806 benoemde koning Lodewijk Napoleon hem tot staatsraad in buitengewone dienst voor de sectie van wetgeving en algemeene zaken, en in 1807 bekroonde die vorst deze gunst door hem tot ridder van de koninklijke orde van Holland te benoemen. Kort daarna werd hij van zijn zwaarwigtigen post van secretaris ontslagen, doch bleef als assessor van den landdrost van Friesland aan het provinciaal bestuur verbonden, eene betrekking waarin hij tot de inlijving van ons vaderland volhardde. Hij overleed den 31 December 1811, in den ouderdom van bijna 82 jaren en ruim 3 maanden en werd weinige dagen daarna te Beetgum begraven. Zijne bibliotheek, schilderijen en handschriften werden in Junij 1813 te Leeuwarden verkocht.
Hij was in 1762 gehuwd met Jeltje van der Feen, uit een deftig geslacht te Leeuwarden, die hem drie kinderen naliet.
Zijne schriften zijn:
Verzameling van stukken betrekkelijk de gehoudene besoignes over de militaire jurisdictie in de provincie van Friesland. Leeuw. 1784.
Oude Friesche wetten met eene Nederd. vertaling en ophelderende aanteekeningen voorzien. Campen en Leeuw. 1782 en 1788, 2 stukken. Het beloofde derde stuk met breedvoerige inleiding is nimmer verschenen.
Verhandeling over het Stemrecht in Friesland. Leeuw. 1792. 8o. Door mr. A. van Halmael jr. Wierdsma's gouden boek genoemd.
In de Nieuwe Aardrijksbeschrijving voor de Ned. Jeugd door den heer W.E. de Perponcher. Utrecht 1784, komt van bladz. 303-328 eene nauwkeurige beschrijving van Friesland van de hand van W. voor.
Zie de Wal, de Claris Frisiae Jure-Consultis, p. 69, 412; W. Eckhoff, Voorl. over het leven van P. Wierdsma, m. portr. in de