Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 17. Tweede stuk

[Nicolaas Swart]

SWART (Nicolaas), den 2 Maart 1773 te Oostermeer, in Friesland geboren, werd in 1804 proponent bij de remonstrantsche broederschap, in 1806 predikant te Gouda, in 1807 te Leiden, in 1808 te Amsterdam en overleed den 26 September 1843. Hij maakte zich als godgeleerde, letterkundige en dichter bekend, en was lid der Maats. v. Ned. Letterkunde te Leiden.

Hij gaf in het licht:

Paulus redevoering te Athene in 8 leerredenen. Amst. 1812 8^o.

Redevoeringen betreffende raaije letteren en kunsten. Amst. 1817 8^o.

[p. 1101]

De oude van den binnen Amstel, of beschouwing van de zeden, gebruiken, enz. der hoofdstad. Amst. 1819 8^o.

Elize; voor meisjes. Amst. 1821 8^o.

Ernst en Karel, voor jongelingen. Amst. 1822 8^o.

Leerredenen. Amst. 1822 8^o.

Verhalen, schetsen en gesprekken. Leeuw. 1824 8^o.

Tafereel van den zwaren watersnood op den 3, 4 en 5 Febr. 1825, een groot deel van ons vaderland hebbende getroffen. Amst. 1826 8^o.

Spreuken van Salomo voor de jeugd, gestaafd door voorbeelden uit de gewijde en Nederlandsche geschiedenis in het dagelijksch leven. Delft 1829 2 st. kl. 8^o.

Lettervruchten voor jongelingen en meisjes in proza en poëzy bijeenverzameld. 's Hage 1823.

Lijkrede over C.W. Westerbaen, geh. in de Remonstr. Geref. kerk te Amsterdam, 18 Maart 1832 benevens aanspraak bij het graf door A. des Amorie van der Hoeven, met aantt. Amst. 1832 8^o.

Toasten bij het openb. verslag door mr. F.v.d. Poll, wegens den staat der stads Armenscholen 20 Maart 1821. Amst. 8^o.

Vlugtige beschouwing van het menschelijk ligchaam als een bewijs des bestaans van een alwijs opperwezen in Algem. Vad. Letteroef. 1823 D. 33 St. 2 bl. 585.

Zie Handel. d. Maats. v. Ned. Letterk 1847, bl. 24; Ds. K. Sybrandi, Iets ter nagedachtenis van mijnen schoonvader N.S. in de Vad. Letteroef. 1847; v. Doorninck, Anon. en Pseud., p. 974, 3443, 4323; Holtrop, Bibl. Med., p. 345; Cat. d. Bibl. v. Ned. Letterk., D. I. bl. 297, D. II. bl. 84, 203, 224; Verwoert; Kobus en de Rivecourt; Tideman, Rem. Broederschap, bl. 77, 89, 230, 376.