[Jan Jansz. Stampioen]
STAMPIOEN (Jan Jansz.), vermoedelijk in de tweede helft der 16de eeuw geboren, was een vrij bekwaam wiskundige. Hij woonde te Rotterdam en komt o.a. voor in een rekwest, door hem aan de Generale Staten ingedieud in den jare 1617 en 1618, betreffende zijne inventie eener nieuwe wijze van de poolshoogte te kunnen nemen; ook heeft hij zijn boek, getiteld: ‘Nyeuwe taeffelen der Polus-hoochte enz.’ aan genoemde Staten opgedragen; nog heeft hij octrooi verkregen tot het uitgeven van een Bouxken en Plaat, Coelestum planum genaamd, en ontving tot eene vereering vijf en zeventig gulden. (Zie Archief der Kerkel. en Wereldl. Geschiedenis te Utrecht, 1848, dl. VII. blz. 11, 22, 28, 79, 87 en 90). In het jaar 1624 werd hij aangesteld tot ijkmeester binnen de stad Rotterdam, maar kweet zich zoo slecht van deze betrekking, dat hij op hoog bevel gevangen genomen, en blijkens eene sententie van den 28 Julij 1660 uit zijne bediening ontslagen werd. Wat er verder van hem geworden is, vinden wij niet vermeld; misschien is hij te Rotterdam overleden, omdat de familie Stampioen later aldaar langen tijd gewoond heeft.
Zie de Navorscher, D. VI. (1856) bl. 286 en 340