[Maria Schenk van Toutenburg]
SCHENK van TOUTENBURG (Maria), zuster van den vorige, werd den 14 April 1535 abdisse van Rijnsburg, in plaats van Adriana van Botland. Toen keizer Karel V in 1537 van Haarlem naar 's Hage reed, werd hij te Oegstgeest door Maria, aan het hoofd harer geestelijke dochters, opgewacht. Zoodra hij haar zag, steeg hij uit zijn wagen, ging haar te gemoet, viel op zijne knieen ter aarde, en noemde haar: ‘mijne gebiedende vrouwe van Rijnsburg.’
Potgieter heeft deze scène bezongen. Zij overleed den 13 December 1552. Onder haar bestuur werd de abdij tot een collegie van Chanoinessen verheven.
Zie Schotel, Abdy van Rijnsburg, bl. 98, 201, 202; Overijss. Almanak 1847, bl. 217.