[Sippe Scheltema]
SCHELTEMA (Sippe), offerde zich insgelijks voor de zaak der vrijheid op, vlugtte en gaf ook buiten 's lands bewijzen van zijne goede gezindheid. Hij voegde zich bij zijne landgenooten om met Prins Willem in onderhandeling te treden, ter herstelling der getrapte vrijheid in Friesland. Hij vergaderde een hoop volks, riep de vrijbuiters uit Ameland ter hulpe en nam de stad Dokkum in; doch geen meester kunnende worden van den toren der abdy, op welke de Spaansche krijgsknechten gevlucht waren, werd hij er wederom door 't volk van Billy met groot verlies van zijn manschap uit geslagen. Later, 1579, teekende ook hij het Request aan Rennenberg om de Unie van Utrecht te bevorderen (Chartb. IV. 41). Hij liet bij zijne vrouw Banck Douma vier kinderen na.
Zie Te Water, Verbond d. Edelen, D. I. bl. 440-444, D. III. bl. 286-289; Charterb. v. Friesland, D. I. bl. 517; D. III. bl. 707, 708; Winsemius, Hist., Lib. I. p. 72-83, 90, 139; Dez., Chronyk, B. XVII. bl. 565-568; J. Carolus, de reb. Bil., Lib. II. p. 85-89; P. Scheltema, Leven van J. Scheltema, bl. 11. Kobus en de Rivecourt; Stamboek van den Frieschen Adel, I. 318, II. 214.