[Henricus Rosaeus]
ROSAEUS (Henricus), zoon van den vorige, werd, op voorspraak van Joh. Uitenbogaerd, wiens gunsteling hij toen was, in het Staten-Collegie te Leiden opgenomen, en toen, benevens anderen, ‘om sekere insolentiën in 't gemeen begaen, daaruit gezet werd,’ was het wederom Uitenbogaerd, door wiens bezorging hij te Steinfurt onder Vorstius zijne studiën kon voortzetten en vervolgens te Vriemerssum in het Graafschap Meurs tot predikant werd aangesteld (1602) nadat hij het predikambt bekleed had te Berkouw (1599) en te Overschie (1600). Door denzelfden invloed werd hij te Wezel, ten huize der weduwe Françoisaux Brebis, later de vrouw van Uitenbogaerd, gastvrij ontvongen. En toen hij in 1607 te 's Hage beroepen was, werd hij dan ook door Uitenbogaerd als een vertrouwde vriend behandeld. Uitenbogaerd deed zulks te meer, daar Rosaeus ook in godsdienstige gevoelens met hem instemde, als die, predikant zijnde te Vriemerssum, tegen de preciese onderteekening van den catechismus zwarigheid gemaakt had. Uitenbogaerd gaf dan ook de eerste Remonstrantie, vóór dat zij werd uitgegeven, eerst aan Rosaeus te lezen; ofschoon deze toen reeds eenigermate bleek van denkwijze veranderd te zijn: gelijk hij zich dan ook, vooral sedert 1615, meer openlijk tegen Uitenbogaerd en voor de latere Contra-Remonstanten begon te verklaren, en zelfs in zijne predikatiën met hevigheid uittevaren. Later, toen Uitenbogaerd uitlandig en zijne goederen verbeurd verklaard waren, ontzag Rosaeus zich niet bij zijne Hoogheid en de Staten moeite te doen dat het huis van zijnen voormaligen vriend en ambtgenoot tot zijn gebruik mogt
worden afgestaan, 't geen hem dan ook, doch eerst na den dooe van prins Maurits in 1625 gelukte, 't geen hem zelfs door zijn partij euvel werd geduid. Volgens Uitenbogaerd zou Rosaeus omstreeks dien tijd een catechismus hebben uitgegeven, waarin de woorden: Ghij en sult niet begeeren uws naesten huys; sedert de Catechismus van Rosaeus genoemd, waren weggelaten.
Rosaeus werd voor een der hevigste aanranders der Contra-remonstrantsche partij gehouden, en zelfs om zijne bit-