of overweginge van Christus, verheven aan den kruice, als de geestelijke Metaalen slange, ter geneezinge onzer zielen, ook het werk van de Ries. Hoorn, 1618 8, 1643 12, 1658 12, Amsteld. 1700 12.
Offer des Heeren 1614 in 12, meermalen gedrukt.
Historie der Martelaaren, of waarachtige getuigen van Jezus Christus, die de Evangelische waarheid in veelerleye Tormenten betuigd, en met hun bloed bevestigd hebben, sint het jaar 1524 tot deezen tijd toe; waarby ook gevoegd zyn hunne Bekentenissen, Disputatiën en Schriften, uitdruckende hun lieder leevende Hoope, krachtig Geloove en brandende liefde tot God en zijnne Heilige Waarheid, Haarlem, 1615, 4, merkelijk vermeerderd in folio, Haarlem 1631 met den titel: Martelaars spiegel der weerelooze Christenen, Zedert Anno 1524.
Het Fonteintje; zijnde een korte onderrichting, daarin alle menschen vermaand worden, die waarachtige Spyze en Drank des eeuwigen levens aan zyne rechte plaatse met hooger begeerte te zoeken; mits eene Openinge, hoe zij zich tot die ontfangelijkheid deszelfs bereiden zullen, over veele jaaren uitgegeven door Hans de Ries, Herdruk in de Ryp 1642 12.
Hij is in den ouderdom van 65 jaren in 1619 door Michiel Mierevelt geschilderd. In 1744 berustte dit portret by Jeronimo de Bosch, apotheker te Amsterdam. In het hier na te melden werk van Schijn, vindt men zijn afbeelding door J.C. Philips gegrav. met een 4 regelig vers van Adr. Spinneker; zijn afbeelding door Miereveld heeft Joost van den Vondel met een lofdicht vereerd.
Zie Denys van der Schuere, Lijkrede op de Ries, Amst. 1658 8. Korl verhaal van het Leeven en Daaden van Hans de Ries, Oudste en Leeraar der Waterlandsche gemeente. Met eenige zijner en andere geschriften, Zendbrieven, predicatiën en gebeden, dienende tot oeffeninge in de godzaligheid. Gedr. in de Rijp Claas Jacobsz. 1644 12;
Schijn, Geschiedenis der Mennonieten. In bl. 43, 156, 270, 482, 522 523 D. III bl. 2, 9, 76, 81, 85, 91 D I 93, 95 103, 106, 109, 117, 27, -130, 401 J. van Vondel, Poëzy, D. bl. 577.
Blaupot ten Cate, Geschied der Doopsgez. en Friesl. D. I. bl 144, 264, in Holland, Zeeland. en Utrecht, D. 1, bl. 42, 116, 193; 264, 274, 383 D. 10, bl. 210, 216; De Wind, Bibl. v. Gentieds, bl. 596; Glasius, Godg. Nederl.; Kobus en de Rivecourt; Muller Cat. v. Portret.