[Jean Grusset Richardot]
RICHARDOT (Jean Grusset), neef van den vorige, in 1540 te Champlette geboren. Hij nam, op verlangen van zijn oom, den naam en het wapen zijner moeder aan. Philips II, gebruikte hem tot verschillende diplomatieke zendingen en benoemde hem achtereenvolgende tot president van den Raad van Artois en den geheimraad te Brussel. Zijne diplomatische bekwaamheden blonken vooral uit in het gezantschap dat de aartshertog Albert, in naam van den koning van Spanje, naar Vervins zond, waar hij het vredes-tractaat tusschen Frankrijk en Spanje sloot (2 Mei 1598). Ook was hij het, die bij de troonsbeklimming van Jacob I, koning van Engeland, het vredesverdrag in 1604 tusschen Engeland en Spanje voorbereidde. Alexander bertog van Parma, maakte bijzonder werk van dien diplomaat, en gebruikte hem bij gewigtige gelegenheden. Inzonderheid is hij bekend door het ijverig deel dat hij nam aan het sluiten van het bestand tusschen Nederland en Spanje. Hij overleed te Atrecht in 1609. Zijn zoon Jean, te Arras geboren, te Kamerijk den 14 Febr. 1614 gestorven, werd in 1602 bisschop van Atrecht, in 1610 aartsbisschop van Kamerijk.
Zijn portret komt in medaillon voor onder Cacificatores van Hondius, en nog eens in een vierkant.
Zie Hoynck van Papendrecht, Anal. Belg. T. p. Bor, Ned. Hist. B. XVI. bl. 31 (443), 40, 45; Reyd, Ned. Hist. B. XVI, bl. 379; Grotius Hist. Lib, VIII, p. 363; Lib. XVII, p. 534, 544, T. I, p. 269 T. II. p. 106, 114, 139, 160, 397 402 407, 420 422, 505, 510, 511, 516, 523; van Meteren, Ned. Hist. B. XXIX, F. 546, 547; B. XXXI, F. 554 vs. 555, Wagenaar, Vad. Hist. D. VIII, bl. 311; D. IX, bl. 46, 279, 320, 323, 325, 337, 336, 341, 358, 272, 387, 390, 392; Dunod de Charnage, Hist. du Comté de Bourgogne; Aouv. Biogr. genér.; Biogr. Univ.; Jöcher; Hoogstraten; Kok; Nieuwenhuis; Kobus en de Rivecourt; Negot. de Jeannin T. I, p. 269.